| 22127 |
(de kapsule) in de klok stoppen |
klokken:
klokke (L414p Houthalen)
|
de ijzeren kapsule (met ring) in de klok stoppen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21951 |
(eieren) leggen |
(eieren) leggen:
ēēr legge (L414p Houthalen)
|
Hoe heet verder: eieren leggen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22110 |
(het) lossen |
lossen:
losse (L414p Houthalen)
|
het lossen zelf? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 19086 |
(iets) zich niet aantrekken |
niet aantrekken:
ge möt öch da nie aontrekke (L414p Houthalen)
|
Ge moet u dat niet aantrekken [ZND 32 (1939)]
III-1-4
|
| 22004 |
(ijzeren) kapsule |
potje:
pûtteke (L414p Houthalen)
|
Hoe heet die kapsule? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21955 |
(melk) voederen |
voederen:
vooiere (L414p Houthalen)
|
Hoe heet verder: het opgeven van die melk aan de jongen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 17967 |
(met) het hoofd stoten |
stoten:
stū.tən (L414p Houthalen),
tokken:
zex tokən (L414p Houthalen)
|
stoten: het hoofd stoten (kinderwoord) [boetse, zijn eige boetse] [N 10 (1961)] || stoten: met het hoofd stoten [boetse, erges teege boetse] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 17675 |
(met) stevige benen |
ferm gestapeld:
feͅrəm gəstāpəlt (L414p Houthalen)
|
benen: met stevige benen [hij is gestapeleerd] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 17863 |
(zich) bukken |
(zich) bukken:
bokə (L414p Houthalen)
|
bukken, zich bukken [bukke, bokke] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 22095 |
<naam> |
<naam>:
Grelant (L414p Houthalen),
naamfiest (L414p Houthalen),
barcelona:
Barcelona (L414p Houthalen),
diepe, een ~:
(grote last).
diepe (L414p Houthalen),
mei:
imənt nə mē giɛ̄əvə (bə zɛ̄nə pətrun) (L414p Houthalen),
merckx:
Merckx (L414p Houthalen),
rappe turbo:
rappe-turbo (L414p Houthalen),
rode mulder:
rooie-Moller (L414p Houthalen),
vieren:
iemand vieren (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen),
{ja}:
ja (L414p Houthalen, ...
L414p Houthalen,
L414p Houthalen,
L414p Houthalen,
L414p Houthalen,
L414p Houthalen)
|
Een naamfeest, naamdag [vernamsdaag, nametsdaag]. [N 96C (1989)] || Elke duif heeft bij de duivesporter in de regel een naam. Indien U hiervoor benamingen kent, die: afgeleid zijn van het ringnummer, geef hiervan dan een/enkele voorbeeld(en)? [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)] || Elke duif heeft bij de duivesporter in de regel een naam. Kent U hiervoor benamingen die: afgeleid zijn van het ringnummer: ja of nee? [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)], [N 93 (1983)] || Hoe heet: het naamfeest van iemand vieren? [ZND 32 (1939)], [ZND 32 (1939)] || Iemand besteken (ter gelegenheid van zijn naamfeest). [ZND 33 (1940)]
III-3-2
|