e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q112z plaats=Tenessen

Overzicht

Gevonden: 61

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
afdraaien afzetten: āfzętǝ (Tenessen) De ketel van het vuur afdraaien door middel van de draaiboom. [N 57, 28] II-2
afschuimen schuimen: šymǝ (Tenessen) Het schuim wegscheppen. [N 57, 27c] II-2
afval kitsen: ketšǝ (Tenessen) Het afval van de uitgeperste vruchten dat in de perskuip achterblijft. [N 57, 17] II-2
appelwijn wijn: wīn (Tenessen) Wijn, gemaakt van appelen. [N 57, 38b] II-2
as-as draaistijl: drištil (Tenessen) Het draaipunt van de draaiboom. In L 387 bestond het draaipunt van de draaiboom uit een ijzeren pin die in een steen draaide. [N 57A, 4.3; N 57, 9 add.] II-2
asgat aarde: ę̄rt (Tenessen) De ruimte beneden in de stookplaats waar de as invalt. [N 57, 8e] II-2
azijn essig: ęsex (Tenessen) Azijn, gemaakt van het sap van bij voorkeur zure appelen. Volgens de informant uit Q 249 werd de azijn die men vroeger maakte, gebruikt als geneesmiddel voor zieke dieren. [N 57, 38a] II-2
balk draaibalk: dribalk (Tenessen) De grote balk waaraan de hefboom hangt. [N 57A, 4.4; N 57, 9 add.] II-2
beslag slag: bǝšlāx (Tenessen) Het ijzerwerk aan de onder- en bovenkant van de draaiboom. Zie afb. 16. [N 57A, 4.2; N 57, 9 add.] II-2
boom boom: bǭm (Tenessen) Het zware, staande gedeelte van de draaiboom. Zie afb. 16. [N 57A, 4.1; N 57, 9 add.] II-2