31685 |
afkloppen |
platkloppen:
platklǫpǝ (L210p Venray)
|
Met behulp van een hamer de oneffenheden verwijderen die in het oppervlak van het werkstuk zijn ontstaan na het bewerken van het koper. Vaak wordt hiervoor de polijsthamer gebruikt, soms ook een houten hamer. Zie ook dit lemma. [N 66, 30]
II-11
|
26617 |
afkoelen |
afkoelen:
afkulǝ (L210p Venray)
|
De temperatuur in (een kamer van) de ringoven langzaam verminderen door er buitenlucht in toe te laten. Het ɛafstoppenɛ werd in Q 83 gedaan door het ɛkotɛ, waarschijnlijk het kijkgat, dicht te gooien.' [N 98, 143; monogr.]
II-8
|
20528 |
afkoken |
stoven:
stoeëve (L210p Venray)
|
Hoe noemt U: Met (in) weinig water gekookt, gezegd van groenten (kort) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
28514 |
afkomen, wegvliegen |
deruit gaan:
dryt ˲gǭn (L210p Venray)
|
Het wegvliegen van een zwerm. Op een zonnige dag, meestal tussen 11 en 14 uur, gaan duizenden en duizenden werkbijen, vergezeld van honderden darren en met de oude moer in hun midden, zwermen. [N 63, 31b]
II-6
|
20473 |
afkomst |
afkomst:
afkomst (L210p Venray),
áfkòmst (L210p Venray),
komaf:
kom af (L210p Venray),
kòmáf (L210p Venray)
|
afkomst [N 87 (1981)] || afkomst, afstamming || afkomst, afstamming; bloedverwantschap in neerdalende lijn [komaf, tuk, afkomst] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
30715 |
afkrabben |
afkrebberen:
afkrɛbǝrǝ (L210p Venray),
krebberen:
krɛbǝrǝ (L210p Venray)
|
Oude verf met behulp van een krabber verwijderen. Zie ook de toelichting bij het lemma 'Verfkrabber'. [N 67, 68c; monogr.]
II-9
|
20437 |
afleggen van een dode |
afleggen:
aflegge (L210p Venray),
dōēeje aflegge (L210p Venray),
áflegge (L210p Venray)
|
een dode in de doodskist leggen [lichteren, kisten] [N 87 (1981)] || een lijk reinigen en met het doodsgewaad bekleden, meestal tevens van het bed afnemen [afleggen, lijken, ontwaden] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
28615 |
aflegger |
aflegger:
aflęgǝr (L210p Venray)
|
Kunstzwerm bij het kastimkeren. Een deel van een bijenvolk wordt genomen en voorzien van eitjes. De bijen kweken hieruit een nieuwe koningin. Zo ontstaat een zelfstandig nieuw volk. [N 63, 92c; Ge 37, 118]
II-6
|
27116 |
afpalen van een turfveld |
afpalen:
afpø̜̄lǝ (L210p Venray)
|
Een verpacht perceel wordt met paaltjes afgepaald. [II, add.]
II-4
|
25337 |
afpassen met de voet, aftreden |
afpassen:
(dit is een variant van áftraeje).
áfpâsse (L210p Venray),
aftreden:
aftre-je (L210p Venray),
áftraeje (L210p Venray)
|
afpassen met de voet, afmeten || de lengte bepalen door stappen [aftreden] [N 91 (1982)]
III-4-4
|