e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L192p plaats=Bergen

Overzicht

Gevonden: 1064
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
denken denken: dīnken (Bergen) denken: Je moet er nog maar eens over - [DC 35 (1963)] III-1-4
deugniet deugeniet: deugeniet (Bergen) deugniet [DC 11 (1942)] III-1-4
deur deur: dȳr (Bergen) [rnd 109; S 6; L 1 a-m; L 12, 5; L A2, 265; monogr.; Vld.; div.] II-9
dief dief: dīēf (Bergen) dief [DC 11 (1942)] III-3-1
dikke hakken schijthak: sxithak (Bergen) Verdikking aan de achterkant van het spronggewricht tengevolge van vochtophoping, die kan ontstaan door trappen, stoten of slaan tegen harde voorwerpen. Het is duidelijk merkbaar als men het achterbeen van opzij bekijkt. Zie afbeelding 17 en 18. [N 8, 90d, 90e, 90f, 90h en 90j; monogr.] I-9
dikke want winterwant: winter-waante (Bergen) wanten, dikke ~, gemaakt van grove (wollen) stof [pieje, piejhesje] [N 23 (1964)] III-1-3
dikke wollen sjaal dikke das: dikke das (Bergen) das, dikke wollen (winter)~ [N 23 (1964)] III-1-3
dikke, warme mantel dikke wintermantel: dikke wīnter-māntel (Bergen) damesmantel, warme ~ [windvanger, kabang] [N 23 (1964)] III-1-3
dinsdag dinsdag: dinsdag (Bergen) dag; dinsdag [N 07 (1961)] III-4-4
dinsdag voor aswoensdag vastenavonddinsdag: Vastenavonddinsdag (Bergen, ... ) naam voor de dinsdag voor Aswoensdag [VC 26 (1961)] III-3-2