| 21565 |
toegangsprijs |
entree (<fr.):
den entrée es ne frank (P164p Neerhespen)
|
De toegangsprijs is een frank. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|
| 21588 |
uitnodigen voor een begrafenis |
genood (volt.deelw.):
genut (P164p Neerhespen)
|
uitnodigen (voor begrafenis) [ZND 32 (1939)]
III-3-1
|
| 21445 |
uitschelden |
verwijten:
iemand verwijten (P164p Neerhespen)
|
Op iem. schelden, iem. uitschelden. Geef de gemeenzame uitdrukkingen op en zet tussen twee haakjes welke als "gemeen"of "plat"beschouwd worden. [ZND 34 (1940)]
III-3-1
|
| 28963 |
vademen |
in (de) naald(e) krijgen:
en dǝ nø̜l kręjgǝ (P164p Neerhespen)
|
Een draad door het oog van een naald halen. In dit lemma zijn de objecten draad, garen, draad garen, vaam, vaam garen niet gedocumenteerd. [N 59, 68; N 62, 10; L 8, 29; L B1, 76; MW; monogr.]
II-7
|
| 34489 |
van veren wisselen |
ruiven:
rau̯vǝ (P164p Neerhespen),
rāǝvǝ (P164p Neerhespen)
|
[N 19, 51; L 6, 20; L 42, 5; L 48, 10; A 26, 8; Lu 2, 10; Lu 4, 8; S 30; JG 1a, 1b, 2a-2, 12, 2c; monogr.]
I-12
|
| 21254 |
varen |
varen:
veëre (P164p Neerhespen, ...
P164p Neerhespen)
|
varen [ZND 08 (1925)]
III-3-1
|
| 34297 |
varken |
varken:
vɛrkǝ (P164p Neerhespen)
|
Bedoeld wordt een varken in het algemeen, niet geslachtelijk of naar leeftijd onderscheiden. [N 19, 1; N M, 7; N C; N C, add.; RND 46 en 84; L 8, 19; L 8, 32; L mon.; S 39; JG 1a, 1b, 2c add.; R (s]
I-12
|
| 34244 |
vel op gekookte melk |
rok:
rǫk (P164p Neerhespen)
|
Het vlies dat ontstaat bij afkoeling van gekookte melk. [N 6, 16; L 6, 16; L 14, 23; A 39, 7b]
I-11
|
| 30336 |
vensterblinden |
binnenblaffeturen:
benǝblafǝtȳrǝ (P164p Neerhespen)
|
Houten panelen of borden die aan de binnenzijde van het huis aan één of aan beide zijden van het raamkozijn zijn aangebracht. Men onderscheidt slag- of vouwblinden die draaiend geopend kunnen worden en schuif- of rolblinden die in een in de muur uitgespaarde ruimte geschoven kunnen worden. [N 55, 65b; A 23, 18b; A 46, 11c; L 32, 75a; RND 10, 49 add.; monogr.]
II-9
|
| 30332 |
vensterluiken |
blaffeturen:
blafǝtȳrǝ (P164p Neerhespen)
|
Zie kaarten. De houten panelen die draaiend aan de buitenkant van het huis aan beide zijden van het raam zijn aangebracht. Er bestaan ook losse vensterluiken die 's avonds voor het raam worden geplaatst en 's morgens weer verwijderd worden. Zie voor het woordtype 'vensters' ook Van Keirsbilck I pag. 466 s.v. 'venster': ø̄Ook dikwijls gebruikt in den zin van een beweeglijk luik vóór een venster, aan den buitenkant.ø̄ [N 55, 65a; A 23, 18a; A 46, 11a; L 1 a-m; L 32, 75b; L 1u, 17; L B1, 155; L A2, 409; rnd 49 add.; monogr.; Vld.]
II-9
|