23197 |
bedevaart |
bedevaart:
een bèvvert (K278p Lommel),
’n beêvaart (K278p Lommel),
bedeweg:
bèweg (K278p Lommel)
|
Een bedevaart. [ZND 21 (1936)]
III-3-3
|
24054 |
bediend worden |
bediend worden:
bediend werden (K278p Lommel)
|
Bediend worden, berecht worden, de laatste sacramenten ontvan-gen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
21558 |
bedienen |
bedienen:
bedienen (K278p Lommel, ...
K278p Lommel),
bediener (K278p Lommel),
hij is bediend (K278p Lommel),
iemand bedienen (K278p Lommel, ...
K278p Lommel),
gerieven:
iemand gɛrievɛn (K278p Lommel)
|
Hoe heet: iemand van de laatste Sacramenten voorzien? [ZND 32 (1939)] || Iemand bedienen, berechten, iemand de laatste sacramenten toedienen. [N 96D (1989)] || Iemand in een winkel bedienen. [ZND 35 (1941)]
III-3-1, III-3-3
|
34540 |
bedorven ei |
rot ei:
rǫt ɛi̯ (K278p Lommel),
rǭt ɛi̯ (K278p Lommel)
|
[N 19, 54d; L 6, 39; S 31; monogr.]
I-12
|
18965 |
bedriegen |
bedotten:
bədòttən (K278p Lommel),
bedotteren:
bədòddərən (K278p Lommel),
bedriegen:
bədrĭĕgən (K278p Lommel),
ook materiaal Leuv. lijst 21, vr 6a
bedriegen (K278p Lommel),
foppen:
ook materiaal Leuv. lijst 21, vr 6a
foppen (K278p Lommel),
kloten:
klouətən (K278p Lommel),
ook materiaal Leuv. lijst 21, vr 6a
kloêten (K278p Lommel)
|
bedotten || bedriegen [ZND 01 (1922)] || bedriegen, foppen, beetnemen || listig bedriegen, bedotten
III-1-4
|
18966 |
bedrieger |
kloot:
kloot (K278p Lommel),
kloter:
kloter (K278p Lommel)
|
man die bedriegt || vrouw die bedriegt
III-1-4
|
33344 |
bedrijfsgedeelte van het boerenhuis |
nere:
nērǝ (K278p Lommel),
stallen:
stalǝn (K278p Lommel),
stɛl (K278p Lommel)
|
Bedoeld wordt het geheel van stallen en schuur dat achter het woonhuis gelegen is. Bepaalde benamingen zijn specifieke termen voor het bedrijfsgedeelte. Andere opgaven daarentegen zijn algemener en geven daarmee aan dat er voor de bedrijfsgebouwen geen aparte benaming bestaat, ze zijn ook in gebruik voor de boerderij in het algemeen, geven een opsomming van de voornaamste bedrijfsgebouwen of -ruimten (vandaar ook veel meervoudsvormen), verwijzen naar een belangrijk deel van de bedrijfsruimten (zoals de binnenhof of de dorsvloer) of wijzen op dat deel van het complex dat direct aan het woonhuis aansluit (zoals het stookhuis). [N 5A, 31; N 5,126; monogr.]
I-6
|
18825 |
bedroefd |
bedroefd:
bədrŏĕft (K278p Lommel),
beteuterd:
ook materiaal znd 23,33
beteuterd (K278p Lommel),
triestig:
trĭĕstəch (K278p Lommel)
|
bedroefd || droef [ZND 01 (1922)] || triest
III-1-4
|
19471 |
bedsprei |
bedsprei:
bedsprei (K278p Lommel),
be̝ͅtsprɛ̄i̯ (K278p Lommel),
sprei:
sprɛi̯ (K278p Lommel)
|
bedsprei [RND] || Een bedsprei met franjes [ZND 23 (1937)] || sprei
III-2-1
|
22837 |
beeld |
beeld:
beiəlt (K278p Lommel),
bĕilt (K278p Lommel)
|
Beeld. [Willems (1885)]
III-3-2
|