e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095a plaats=Caberg

Overzicht

Gevonden: 1390
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dropwater krissiewater: krissiewatər (Caberg) Hoe noemt U: Water waarin drop is opgelost (sepnat, kalissewater, kalissesap, poeliepek, kloters) [N 80 (1980)] III-2-3
druilerig en koud weer klam (weer): klaam (Caberg), nat (weer): naat (Caberg), naot (Caberg), (vroeger: naot).  naat (Caberg), regenachtig (weer): regenechtig (Caberg), waterkoud (weer): (vroeger: waoterkaid).  waterkaaid (Caberg) nat [DC 02 (1932)] || nat weer [versigheid] [N 81 (1980)] || nat, vochtig, gezegd van het weer [wak, luimerig] [N 81 (1980)] || nattig en koud, gezegd van het weer [kil, killig, waterkoud] [N 81 (1980)] || regenachtig, gezegd van het weer [ruizerig] [N 81 (1980)] III-4-4
drukken duwen: döje (Caberg) Drukken: iets aan een wegende of stuwende kracht onderwerpen (drukken, prangelen, priegelen). [N 84 (1981)] III-1-2
drukte maken allegatie maken: cf. VD s.v. "allegatie"3.  allegatie-make (Caberg) drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)] III-1-4
drukte, gedoe allegatie: cf. VD s.v. "allegatie"3.  allegatie (Caberg) een overvloed van bezigheden, drukte [slemeur, trubbel, navegatie, begankenis, omstand, wiet] [N 85 (1981)] III-1-4
druppel druppel: unne dröppel (Caberg) druppel water [dröp, dröppel] [N 07 (1961)] III-4-4
duin zandheuvel: zandheuvel (Caberg) duin, heuvel van zand [zandklip, zandbult, blink] [N 81 (1980)] III-4-4
duivin, vrouwelijke duif zij: zeije (Caberg) een vrouwelijke duif (duivinne, wijfje) [N 83 (1981)] III-4-1
duizelig dol: zoe döl es e kuuke (Caberg) dol worden, iemand die lang heeft of is rondgedraaid [N 07 (1961)] III-1-2
duizeling, duizeligheid duizeling: duzeling (Caberg) Duizeling: draaierigheid, leeg gevoel in het hoofd (suizeling, duizeling, zwindel). [N 84 (1981)] III-1-2