e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L428p plaats=Born

Overzicht

Gevonden: 2920
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zich niet lekker voelen krank zijn: krank zeen (Born), zich niet goed voelen: neet good vèulen (Born) Onwel: zich niet gezond voelend (erg, onwel, onlustig, niet prut, kadies, dings). [N 84 (1981)] || Zich niet lekker voelen (spijten, kruchen, in de lappenmand zijn). [N 84 (1981)] III-1-2
zich schamen zich generen: generen (Born) zich verlegen of onbehaaglijk voelen tengevolge van het besef dat men iets doet of gedaan heeft dat tot oneer of spot strekt, of daar getuige van zijn [zich generen, schieten, sieneren] [N 85 (1981)] III-1-4
zich vergissen vergissen: vergissen (Born) het mis hebben, zich vergissen [abuis hebben, zijn eigen misgissen] [N 85 (1981)] III-1-4
zich vervelen zich vervelen: zich vervēēlen (Born) niet weten wat te doen en daardoor onaangenaam gestemd zijn [moe worden, ruiteren, zich vervelen] [N 85 (1981)] III-1-4
zich verwonderen verwonderd zijn: verwonjerd zeen (Born), verwonderen: verwonjeren (Born) verbaasd, bevreemd, verwonderd zijn [toezien, staan zien] [N 85 (1981)] || vreemd toekijken [verwonderen, wonder geven, bewonderen] [N 85 (1981)] III-1-4
zich warm aankleden aanpriegen: aanpreugen (Born) zich warm aankleden [doffelen] [N 86 (1981)] III-1-3
zicht zicht: zex (Born) Korte zeis die met één hand gehanteerd wordt en gebruikt wordt voor het maaien van rogge, tarwe, haver, gerst, enzovoorts. Zie de algemene toelichting bij paragraaf 4.2 over het maaien en afbeelding 5. Op de semasiologische kaart 30 zijn de gebieden met pik in de betekenis "zicht" van kaart 29 en met pik in de betekenis "mathaak" van kaart 33 bijeengezet. [N 18, 70; JG 1a, 1b, 2c; Goossens 1963, krt. 28; A 14, 7; A 23, 16.2; L 45, 7; Gwn 7, 4; div.; monogr.; add. uit N 11, 88; N 14, 131; N 15, 16a; N 18, 71; A 4, 28; A 14, 10; L 20, 28; L 42, 46; L 48, 34; Lu 1, 16.2 ; Lu 2, 34.2; Wi 51] I-4
ziekelijk ziekelijk: ziekelijk (Born) Ziekelijk: telkens ziek (ziekelijk, ongans, lelijk, zuchtig). [N 84 (1981)] III-1-2
ziekenhuis kliniek: sp. Waterschei  kliniek (Born) Ziekenhuis: inrichting voor het verplegen van zieken (hospitaal, gasthuis). [N 84 (1981)] III-1-2
zien, kijken zien: zēən (Born) zien [RND] III-1-1