e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K318p plaats=Beverlo

Overzicht

Gevonden: 2283

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aanhoudend regenen vuil nuttig weer: een vuil nuttig weer.  ən vøͅl nøtex wēr (Beverlo) voortdurend regenen [knoeien] [N 22 (1963)] III-4-4
aanloop aanloop: Ge mo"t ne gùjen oo(n)loe"p pakke, vur te springe.  oo(n)loe"p (Beverlo) Aanloop. III-3-2
aanlopen een aanloop nemen: n enloep nemen (Beverlo), zijn aanloop pakken: zennen aanloeëp pakke (Beverlo), zijn loop pakken: zeͅnne luəp pakkə (Beverlo) Om ver te kunnen springen, begint een jongen eerst te lopen; hoe zegt men in uw dialect: "De jongen moet ..."? [ZND 37 (1941)] III-3-2
aanranden aanranden: aorandə (Beverlo), aanvallen: aovallə (Beverlo) aanranden [ZND 32 (1939)] III-3-1
aanstaan aanstaan: da stöt əm a͂n (Beverlo), oostön (Beverlo), gaden: Da zal ⁄m goje (Beverlo), dat stond me wel aan: da goojde mich wèl; cf. VD s.v. "gaden, gaaien"2. (gew.) iem. (datief) gaden (gewoonlijk tot gaan samengetrokken), overeenstemmen met iemands lust of neiging, hem bevallen, lijken  gooje (Beverlo), handen: dat stond me wel aan: da hande mich wèl; cf. VD s.v. "handen"1. ..... (gew.) het handt hem niet , hij heeft er geen zin in, hij doet het met tegenzin....  hanne (Beverlo) aanstaan || Dat zal hem gaden (bevallen, aanstaan). [ZND 35 (1941)] III-1-4
aanvangen, beginnen aanpakken: oopakke (Beverlo), beginnen: beginne (Beverlo) aanpakken (beginnen) || aanvatten III-1-4
aap aap: nən aop (Beverlo), oop (Beverlo) Aap. [ZND 32 (1939)] III-3-2
aardbei aardbeer: jetbeer (Beverlo), jeͅtbēr (Beverlo), jètbeer (Beverlo) [DC GV (1935) M] [ZND 19A (1936)]aardbei I-7
aardbeienvlaai aardberenvlaai: Syst. Frings  jeͅrbērəvloͅi̯ (Beverlo), jeͅt˂bērəvloͅi̯ (Beverlo) Vla met vulling van aardbeien [N 16 (1962)] III-2-3
aarde, grond aarde: jɛ̄jɛr (Beverlo) aarde [ZND A1 (1940sq)] III-4-4