e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L245p plaats=Meterik

Overzicht

Gevonden: 1646

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bandiet bandiet: bandiet (Meterik) bandiet [SGV (1914)] III-3-1
banen vast veen banen: bānǝ (Meterik), hoofdwegen: hōfwē̜x (Meterik), kruipaden: kryjpē̜j (Meterik) Banen van vast veen waarover het vervoer gaat. Men laat ze ook zitten als waterwering. [I, 60] II-4
bank bankje: bɛŋkskǝ (Meterik) Laag turf van één turf lang en diep tot op de bodem over de breedte van de veenkuil. [I, 52] II-4
bank maken bankje(s) maken: bɛŋkskǝ mākǝ (Meterik) Het snijden van een bank turf. [I, 53] II-4
banken laten zitten banken laten zitten: bɛŋkǝ lǭtǝ zetǝ (Meterik), losse kant laten zitten: los kant lōtǝ zetǝ (Meterik) Veenbanken laten zitten als bescherming tegen het water. [I, 62] II-4
barrevoets barrevoets: börəvuts (Meterik), barvoets: bêrvots (Meterik) barrevoets [SGV (1914)] || blootvoets [RND] III-1-3
bed bed: be̝ͅt (Meterik) bed [RND] III-2-1
bedelaar kruier: krŭŭjər (Meterik) leurder; Hoe werd de man genoemd die dat deed? [DC 48 (1973)] III-3-1
bedevaart bedevaart: bêvert (Meterik) bedevaart [SGV (1914)] III-3-3
bedriegen bedriegen: bedreege (Meterik), bədreegə (Meterik) bedriegen [SGV (1914)] || bedriegen: Als hij kans ziet zal hij proberen je te - [DC 35 (1963)] III-1-4