e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q112b plaats=Ubachsberg

Overzicht

Gevonden: 1752

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
allerzielen allerzielen: allerzîêle (Ubachsberg) Allerzielen. [N 06 (1960)] III-3-3
altaar altaar (<lat.): elter (Ubachsberg) Een altaar [altaor, altooër, alter, outaar, outer?]. [N 96A (1989)] III-3-3
altaarbel schel: sjel (Ubachsberg) De 3 of 4 belletjes omvattende bel/schel, die door de misdinaar bediend wordt [schel, sjel?] . [N 96B (1989)] III-3-3
ampullen kannetjes: kentjes (Ubachsberg) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
andere soorten sneeuw fijne sneeuw: fijne sneeuw  fiene (sjnee) (Ubachsberg), grove sneeuw: dikke vlokken  grove (sjnee) (Ubachsberg) verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)] III-4-4
angel van bij of wesp angel: WLD  angel (Ubachsberg) Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2
antwoorden antwoord geven: ps. het woordje antw. heeft de invuller afgekort genoteerd!  antw. geəvə (Ubachsberg) ten antwoord geven [antwoorden, anderen] [N 87 (1981)] III-3-1
appelbol krollemol: krollemol (Ubachsberg) Appelbol (krollebol, kokkerebol, kollemol, zomerbroodje, appelbol, appelbroodje, ballebuuze?) [N 16 (1962)] III-2-3
appelboom appelboompje: Vraag: "appelboomjes", diminutief gelaten; enkelvoud opgenomen  appelbumke (Ubachsberg) [DC 03 (1934)] I-7
appelmoes appelcompte: appelkompot (Ubachsberg), compte: kompot (Ubachsberg, ... ) Appelmoes (appelpommee?) [N 16 (1962)] || appelmoes [trot, trut] [N 38 (1971)] III-2-3