e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117a plaats=Waubach

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wonderdoener wonderdoener: wongerdoeër (Waubach) Een wonderdoener. [N 96D (1989)] III-3-3
wonderen doen wonderen doen: wonger(e) doeë (Waubach), wóngere doeë (Waubach) Wonderen doen/verrichten. [N 96D (1989)] III-3-3
wonen nestelen: nestele (Waubach) een nestje hebben, gezegd van vogels (nesten, wonen, houden) [N 83 (1981)] III-4-1
woonwagen woonwagen: woeënwaan (Waubach) De woonwagen van kermisklanten [karrakiekast, brak]. [N 90 (1982)] III-3-2
woord woord: woͅət (Waubach) woord [RND] III-3-1
wormbulten angelbulten: (enk)  aŋǝlbølt (Waubach) In de zomer leggen runderhorzels hun eitjes aan de haren van het rund. Na enkele dagen kruipen er larven uit de eitjes. Deze dringen het lichaam binnen langs de haren en het haarzakje, doorboren de huid en groeien langzamerhand uit. In de winter komen ze vooral onder de huid van de rug terecht. Iedere plek waar een larve zit, vormt een bultje, de wormbult. Om te kunnen ademen doorboort de larve de huid van het rund. Dit veroorzaakt wondjes die gemakkelijk ge√Ønfecteerd kunnen raken, waardoor zeer uitgebreide verettering kan ontstaan. Zie ook het lemma ''wormbulten'' in wbd I.3, blz. 478-479. [N 52, 22; N 3A, 83b; A 48A, 35; monogr.] I-11
wormstekig de worm zit derin: Veldeke  d’r wörm zit dri (Waubach, ... ) Door wormen aangetast, gezegd van fruit (wormstekig, gemaaid, vermaaid, verpielt, meutelig, maaistekig, maaisteek). [N 82 (1981)] I-7, III-2-3
worst krongel: Barg.  kroͅŋəl (Waubach), lont: bargoens  loͅnt (Waubach), regenworm: Barg.  rēͅgəwoͅrm (Waubach), slanke: Barg.  šlaŋkə (Waubach), worst: wūəš (Waubach) worst III-2-3
worst maken worst(en) maken: wuš mākǝ (Waubach) De kleinere stukken vlees en vet worden met een vleesmolen, een bijltje of een mes tot kleine stukjes gemaakt, Het vlees wordt eventueel gekruid en dan in de schoongemaakte darm geduwd. Vergelijk ook het lemma ''darmen met worstvlees vullen''. [N 28, 120; monogr.] II-1
worstelen worstelen: worstele (Waubach) De tak van krachtsport waarbij het doel is de tegenstander door bepaalde grepen en bewegingen op de grond te werpen [zo dat zijn schouders de grond raken] [worstelen, borstelen]. [N 88 (1982)] III-3-2