e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q032a plaats=Puth

Overzicht

Gevonden: 3120

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
achterwand achterstop: axtǝrštop (Puth), stop: štǫp (Puth) De afneembare achterplank van de kar of wagen. Deze plank werd tussen de twee zijwanden geschoven om de laadruimte af te sluiten en kon tijdens het lossen weggenomen worden. Voor de betekenisontwikkelingen van de verschillende woordtypes, zie de toelichting bij het lemma voorwand. Op de kaart zijn voor Belgisch Limburg alleen de gegevens uit de mondelinge enqu√™te opgenomen. [N 17, 30a + 36 + 48; N G, 61c; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; A 26, 1a; Lu 4, 1a; L 33, 4; L 40, 56; monogr.] I-13
achterwerk bodem: (baom) (Puth), bòòm (Puth), vot: vot (Puth), vòt (Puth) [N 10c (1961)]Bil. Ook platte woorden! [DC 01 (1931)] III-1-1
achtste deel van een stuiver halve groschen (du.): Let op opmerking v.d. invuller: (antwoord gegeven op) verschillende waarden, in toen gangbaar Duits geld: = 3 cent.  hauve grosche (Puth) achtste deel van een stuiver, een ~ [een duit?] [N 21 (1963)] III-3-1
adder adder: adder (Puth) nadder (adder) [SGV (1914)] III-4-2
adem adem: oam (Puth) adem [SGV (1914)] III-1-1
ademen ademen: (h)aome (Puth), ademhalen: oam hole (Puth) ademen [N 10a (1961)], [SGV (1914)] III-1-1
ader ader: blood(h)aor (Puth), oar (Puth), oaren (Puth) ader [N 10a (1961)], [SGV (1914)] || aderen [SGV (1914)] III-1-1
afdak afdak: aafdaak (Puth) afdak [SGV (1914)] III-2-1
afdingen afpingelen: aafpingele (Puth) beknibbelen, Op de prijs ~, de prijs omlaag trachten te drukken [afpeekele, afprengelen, afpenkelen, pingelen?] [N 21 (1963)] III-3-1
afgeroomde melk doorgedraaide melk: dø̄rgǝdrędǝ mølk (Puth), terugmelk: tǝrøkmɛ̄lk (Puth) De vloeistof die overblijft als de melk ontroomd is. [A 7, 15 en 17; A 23, 4a; L 27, 29; JG 1a, 1b; L 1u, 103; Lu 1, 3 en 4a; monogr.] I-11