e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117a plaats=Waubach

Overzicht

Gevonden: 6116
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwerm vogels troep: trop (Waubach) groep bijeenhorende vogels (vlucht, klamp, krooi) [N 83 (1981)] III-4-1
zweten zweten: sjweete (Waubach) zweten [N 10a (1961)] III-1-2
zwiepingen daklatten: dāklatǝ (Waubach), stelhout: štɛlhōt (Waubach) De houten latten waarmee het profiel loodrecht wordt vastgezet. Zie ook afb. 28. [N 31, 7b; monogr.] II-9
zwijmelen slodderen: šlǫdǝrǝ (Waubach) Onvast, langzaam en met moeite gaan, zonder richting te houden. [N 8, 73 en 83] I-9
zwoegen schuften (du.): sjoefte (Waubach), zich weren: zich were (Waubach) hard werken [zwoegen, wroeten, adammen, muiken, ploeteren, trimmen, porren] [N 85 (1981)] || zich bijzonder inspannen, erg veel moeite doen [zich weren, zich uitsloven, weerbieden] [N 85 (1981)] III-1-4
zwoord zwaard: sjwaa.t (Waubach), sjwaat (Waubach) De zwoord, van het spek (zwaart, zwaort?) [N 16 (1962)] || zwoerd (van spek) [N 07 (1961)] III-2-3