e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L288p plaats=Nederweert

Overzicht

Gevonden: 3221

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
alles kwijt keps: keps (Nederweert) kwijt ["alles ~ "bij t knikkeren] [SGV (1914)] III-3-2
alsem else: bittere alsem, gebruikt voor elsebitter  aelse (Nederweert) alsem III-4-3
alver maasruts: vis  maasröts (Nederweert), maasrutsje: maasrötske (Nederweert) alvertje (vis) III-4-2
andere eggen beitel[eg]: bęi̯tǝl[eg] (Nederweert), moren[eg]: mūǝrǝ[eg] (Nederweert) Dit lemma bestaat grotendeels uit egbenamingen die - vrijwel zonder nadere toelichting - werden opgegeven in antwoord op woordvragen (pineg, spijkereg, beiteleg, worteleg, wenteleg en slede-eg). Voor ''eg'' en ''eg'' zie het lemma ''eg''. [N 11, 72a + c + d + g + i + j; N 11A, 168 + 169a + c + e + f + i + j; div.; monogr.] I-2
andijvie andijvie: andievie (Nederweert), àndīēvĭĕ (Nederweert, ... ) [DC 69 (1994)]Hoe noemt u: andijvie (chichorum Endivia - fam. compositae), (andievie, kruisandijvie, krolandijvie) [N 71 (1975)] I-7, III-2-3
angel angel: a.ŋǝl (Nederweert) Het verdedigingsmiddel van de bij dat zich aan het achterlijf bevindt. Het is een scherp, hol spiesje, van weerhaakjes voorzien en verbonden met een gifblaasje. Hiermee steken moer en werkbij. De dar mist dit wapen. [N 63, 73a; L 32, 26; JG 1a+1b; monogr.] II-6
angel van bij of wesp angel: ângel (Nederweert) angel III-4-2
angst angst: angst (Nederweert), schrik: schrik (Nederweert) angst [SGV (1914)] III-1-4
anijs anijs: Anijs wordt in de jacht gebruikt, vermengd met het voer, om fazanten te lokken  anniês (Nederweert) anijs III-2-3
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) steekmesje: staekmaeske (Nederweert) anjer soort III-2-1