e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q197a plaats=Terlinden

Overzicht

Gevonden: 2962

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
akkerwinde berwinde: briwing (Terlinden) Akkerwinde (convolvulus arvensis 20 tot 120 cm hoge plant. De stengels groeien liggend of windend; de bladeren hebben een pijlvormige voet; de bloemen groeien afzonderlijk of 2 aan 2, de kleur is wit of roze met strepen; 2 kleine lijnvormige schutblader [N 92 (1982)] III-4-3
akte akte: akte (Terlinden), oefening: oefening (Terlinden) Een oefening/akte/akt van geloof, hoop, liefde, berouw [üboeng]. [N 96B (1989)] III-3-3
allerheiligen allerheiligen: Allerhellige (Terlinden) 1 november Allerheiligen [allerhillieje]. [N 96C (1989)] III-3-3
allerzielen allerzielen: Allerzieële (Terlinden) 2 november, Allerzielen [allerzieële]. [N 96C (1989)] III-3-3
altaarbel bel: bel (Terlinden) De 3 of 4 belletjes omvattende bel/schel, die door de misdinaar bediend wordt [schel, sjel?] . [N 96B (1989)] III-3-3
ampullen ampullen (<lat.): ampölle (Terlinden) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
angel angel: aŋǝl (Terlinden) Het verdedigingsmiddel van de bij dat zich aan het achterlijf bevindt. Het is een scherp, hol spiesje, van weerhaakjes voorzien en verbonden met een gifblaasje. Hiermee steken moer en werkbij. De dar mist dit wapen. [N 63, 73a; L 32, 26; JG 1a+1b; monogr.] II-6
angel van bij of wesp angel: angel (Terlinden) Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2
angst floep: floep (Terlinden) een min of meer beredeneerde vrees van iets hebbend [bang, schouw] [N 85 (1981)] III-1-4
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) groffiaat: \'anjers\'  groafioate (Terlinden, ... ) anjer [N 92 (1982)] || anjers [N 92 (1982)] III-2-1