e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
een tol op de hand laten draaien de dop op de hand pakken: Hiervoor moest men met gestrekte hand, de wijsvinger en de middenvinger in V-vorm van elkaar gescheiden, de draaiende tol benaderen in dit V-vlak. Met een kort stootje met de wijsvinger duwde je de tol op de hand.  den dop oppe haand pakken (Eksel), de dop op de hand zetten: den dop oppe hand zètten en doorgeven (Eksel), denderen: dendere (Maasniel, ... ), denderen (Kesseleik, ... ), deͅndərə (Montfort), dokken: dogke (Gronsveld), doppen: dobbe (Jeuk, ... ), doppe (Ell), doppen (Lauw, ... ), doͅpə (Stein), draaien: drejje (Tienray), driene (Eys), handdoppen: handdoppe (Venlo), knolen: knōlə (Eys), kokkerel: koekerel (Neer), kokkerellen: koekerelle (Terlinden), kokereille (s-Gravenvoeren), kokerellen (Born), kokkernellen: kokkernellen (Zonhoven), op de hand doppen: óp oer ha.nt dóppe (bè den dóp) (Zolder), op de hand laten draaien: ne koekeràèl op de haand laote dràèje (Kanne), op de hand loate dreie (Wellen), op zijn hand laten draaien: den dop op zɛn hand lotte draeë (Bilzen), opscheppen: dop opsjèppe (Bilzen), opschöppen (Lommel), opsjèppe (Bilzen, ... ), opsjöppe(n) (Maaseik), opsjùppe (Hoeselt), upschøpə (Eksel), poppernellen: poepernellen (Meeuwen), rapen: raape (Meijel), scheppen: scheppe (Genk), scheppen (Eksel, ... ), schuppe (Itteren), schuppen (Montfort), schöppe (Bocholt), schöppen (Lommel), sjeppe (As), sjuppe (Doenrade, ... ), sjèppe (Bilzen), sjøͅpə (Melick, ... ), sxøͅpə (Weert), tirvelen: tirvele (Swalmen), tollen: tolle (Gulpen, ... ), tollen (Meeuwen), Later.  tolle (Jeuk) De draaiende tol op de hand werd over geplaatst op de hand van medespelers. || Een draaiende tol op de hand laten draaien. || een tol op de hand laten draaien [scheppen, deinderen] [N 112 (2006)] || Een tol op de hand laten draaien [scheppen, deinderen]. [N 88 (1982)] III-3-2