e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spiertje trekken halmpje trekken: Wie het langste stroohalm trek, verborgen in de vuist van een speler.  ver zolle djeuste hemke trekken (Zichen-Zussen-Bolder), het kort en het lang trekken: t kort en t langt trekke (Klimmen), kort en lang trekken: Sub trêkke, (8).  kort en lang trêkke (Gronsveld), kort of lang trekken: kort of laangk trekke (Gronsveld), kort of laank trekke (Terlinden), kot of laank trèkke (Alken), kot of lang trekken (Sint-Lambrechts-Herk), kot of lank trekke (Groot-Gelmen), kot of là.nk trèkke (Gors-Opleeuw), køͅt oͅf lāŋk (Epen), lang of kort trekken: lank of kot trekke (Wijlre), loten: laote (Montfort), loate (Thorn), lote (Merkelbeek), lotje trekken: laotje trekke (Geleen), leutje trekke (Ittervoort, ... ), løͅtjə treͅkə (Born, ... ), NB läötje: lootje (uit loterij) [sic].  läötje trèkke (Herten (bij Roermond)), Sub II. lot, 1. laot: a) laote-ver maar läötje trèkke, det is t eerlikste.  läötje trèkke (Roermond), pijltje trekken: Sub pijl, (sprietje) in: pijlke trekken.  pijlke trekken (Zonhoven), spiertje trekken: sjpierke trekke (Geulle, ... ), sjpiertje trekke (Nieuwstadt), sjpirkə treͅkə (Roermond), sjpirkətreͅkə (Heerlen), sjpīrkətreͅkə (Susteren), speerke trekke (Blerick, ... ), speerke trekken (Geistingen, ... ), speerke trèkke (As, ... ), spērkə trēͅkə (Opglabbeek), spi.rkə trɛkə (Eksel), spierke trekke (Genk, ... ), spierke trekken (Achel, ... ), spierke trèkke (Bilzen, ... ), spierke trèkken (Eksel), spierken trekken (Lommel), spiertje trekken (Leopoldsburg, ... ), spirk`trèkke (Kaulille), spirke treke (Loksbergen), spirke trekke (Itteren, ... ), spirke trekken (Jeuk), spirke trèkke (Bilzen, ... ), spirkë trèkkë (Tongeren), spirkə treͅkə (Gennep, ... ), spīērke trèkke (Zolder), spurke trèkke (Bilzen), spïrkëtrèkkë (Tongeren), [Alg. opmerking: de invuller is een nieuwe medewerker en heeft enkel vernederlandste woorden genoteerd die reeds tussen haakjes in de vraagstelling gesuggereerd werden]  spiertje trekken (Heers), Antwoord onderlijnd bij de suggesties.  spiertje trekken (Diepenbeek), met lucifers  spierke trekke (Oirlo), Sub speer: 1. Halm, sprietje: Bi-j het miêrendeil van de (keiner)speelkes mote ze e speerke trèkke viêr te wiête wèè moot beginne.  speerke trèkke (Bree), Sub speerke: sprietje. Wie het langste van de drie sprieten trekt, heeft gewonnen.  speerke trèkke (Bocholt), Sub spie.r: Zulle we spierke trèkke wie t örste mug?  spierke trèkke (Gennep), Sub spier, (2) (dim.).  spirke trèkke (Hasselt), Sub spier, (4). Ook spierken trekken bij DC. & T. (deel IV, pag. 147).  spīē.ërke trèkke (Zonhoven), Sub spier. Wie het langste trekt, wint.  spirke trèkken (Uikhoven), Sub spîe.r, vaak dim. spîe.rke, (1).  spîe.rke trèkke (Zolder), Sub trekken.  spirke trekə (Hamont), Wie het kortste eind trekt is verloren.  spirk`trèkke (Kaulille), spiertjetrek: spierketrek (Stal), spiertje trekt (Kerkhoven), spikje trekken: [Vgl. WLD III, 3.1 sub LUCIFER: spikje (spikske)]  spikskë trèkkë (Hoeselt), sprietje trekken: sprietje trekke (Stein), sprietje trekken (Hoensbroek), sprītsjə treͅkə (Maastricht), stekje raden: Zelfde als "spierke trèkken"[Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen].  stekske roajen (Eksel), stekje trekken: sjtekske trekke (Kapel-in-t-Zand), stekske trekke (As), stekske trekken (Eksel, ... ), stekske trèkke (As, ... ), steͅkskə treͅkə (Urmond), we zulle t joste stekske treəke (Ulbeek), Sub LOTEN.  sjtekske trèkke (Posterholt), Twee houtjes of papiertjes van verschillende lengte laten trekken om uit te maken wie iets krijgt.  sjtekske trèkke (Posterholt), stiepje trekken: [Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen].  stiepke trèkken (Eksel), strootje trekken: stro(o)jke trèkke (Bilzen), stroeike trekke (Hoepertingen), stroeike trèkke (Vorsen), stroeëjke trèkke (As), strootje trekke (Montfort), struueketrekke (Venlo), struuke trekke (Blerick, ... ), struuke trèkke (Kanne), struutje trekken (Venlo), struëke trekke (Venlo), stry(3)̄kə trēkə (Maastricht), stry(3)̄kə treͅkə (Venlo), Sub stroke, (2).  stroke [stryəkə} trekken (Niel-bij-St.-Truiden), Wee t kortste - trok, had verlore.  struke [trèkke} (Maastricht), topje trekken: tuupke trékke (Meijel), touwtje trekken: toeke trekke (Blerick, ... ), toeke-trêkke (Tegelen), toeketrekke (Neer, ... ), [Oorspr. invoer *loe:ke trekke?]  lukə treͅkə [?} (Reuver), lūkətreͅkə [?} (Beesel), [Oorspr. invoer *loeke traike?]  t}oeke traike (Melick), Sub LOTEN.  toeke trèkke (Posterholt), Sub toeke.  toeke trèkke (Swalmen), Twee houtjes of papiertjes van verschillende lengte laten trekken om uit te maken wie iets krijgt.  toeketrèkke (Posterholt), trekken: treike (Posterholt), trekke (Montfort, ... ), trekken (Lauw), trēͅkə (Swalmen), zwegel trekken: sjwaegeltrekke (Doenrade), sjweegel trikke (Brunssum), sjwegel trekke (Waubach), sjweigel trekke (Ingber), sjwēͅgəltreͅkə (Heerlen), zwegelen: sjwaegele (Lutterade), sjwaigele (Maasniel, ... ), sjwegele (Amby), sjweiggelle (Vlodrop), sjwēgələ (Nieuwenhagen), sjwēəjələ (Kerkrade), swaegele (Eys), zjwēͅgələ (Hulsberg), zjweͅagələ (Eys), zwaegele (Echt/Gebroek, ... ), zwegelen (Kesseleik), zwijgelen (Stein), zwegeltje trekken: sjwēgəlkətreͅkə (Nieuwenhagen), sjwēͅgəlkə treͅkə (Roermond), zjwēͅgəlkə treͅkə (Amstenrade), zwaegelke trekke (Thorn), zweegelke trekken (Maastricht) [IJsvermaak]: Strootje trekken. || [Lotje trekken]. || [Spiertje trekken]. || [Strootje trekken]. || Door het trekken van de langste uit twee of meer stro/grassprietjes uitmaken, bepalen, wie iets, wat mogelijk is, moet doen. || Door t lot bepalen wie de eerste (evt. winnaar) zal zijn; gewoonlijk door t trekken van n stokje of lucifer uit n rijtje van ongelijke lengte, dat men verdekt in de hand houdt. || Halmpje = lotje trekken. || Hoe zeggen de kinderen, wanneer ze eerst willen zien wie mag beginnen, b.v. bij het knikkerspel? Vertaal dus en vul aan: We zullen eerst ... [ZND 26 (1937)] || Idem. || Loten met een stroospier. || loten met gras of lucifers (bijv. wie de langste trekt) [spiertje trekken, getuigen, tuigen] [N 112 (2006)] || Loten met gras of lucifers (bijv. wie de langste trekt) [spiertje trekken, getuigen, tuigen]. [N 88 (1982)] || Loten, door middel van stokjes of lucifers. || Loten. || Spiertje trekken. || Spiertjes van verschillende lengten in de hand houden zodat alleen de vóórkant op gelijke hoogte zichtbaar is. De mededingers kiezen een willekeurig spiertje en diegene die het langste spiertje getroffen heeft wint en mag eerst kiezen. || Stekje raden. || Strootje of spiertje trekken. || Strootje tr[ekken]. || Strootje trekken wie mag aftrappen. || Strootje trekken, gewoonlijk gedaan met lucifers. || Strootje trekken. || Strootje, spiertje of lucifer trekken. || Strootje: strospier, -halm. || Topje trekken: strootje of spiertje trekken. || Uitmaken wie de winnaar is bij gelijke stand [kamp, kavalen, kanteren]. [N 88 (1982)] || Wie het langste of kortste stuk treft is verloren, volgens de overeenkomst. III-3-2