e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
bikkelen bikkelen:   beekele (Eupen), begele (Hasselt), beggele (Maastricht), beggələ (Hamont), begələ (Alken, ... ), beGələ (Houthem, ... ), begələ (Kaulille, ... ), bekkələ (Sint-Huibrechts-Lille), bekələ (Beverlo, ... ), bichele (Zolder), biĕkkele (Val-Meer), bigeln (Zonhoven), bigg`le (Kaulille), biggele (Eksel, ... ), biGGele (Sittard), biggele (Susteren, ... ), biggelen (Blerick, ... ), biggeln (Zonhoven), biggələ (Putbroek, ... ), bigkele (Helden/Everlo, ... ), biGlə (Lanklaar), bigələ (Hamont, ... ), biGələ (Horn), bigələ (Sint-Huibrechts-Lille), bikkele (Amstenrade, ... ), bikkelen (Amby, ... ), bikələ (Vaals), biʔəln (Tessenderlo), biʔələ (Kwaadmechelen), /  biegele (Hasselt), biggele (Gingelom), biggelen (Houthalen, ... ), biggelén (Eksel), bikkele (Eigenbilzen, ... ), bikkele/ (Genk), bikkelen (Eigenbilzen, ... ), bikkelen ? (Zussen), bikkɛle (Kaulille), [sic]  beŋele (Peer), [Sub aanvullingen no. 4]  biGGele (Sittard), Bigkele is toch gei jóngessjpeel.  bigkelen (Roermond), Bigkele was een meisjesspel bij uitstek, dat misschien wel eeuwen oud is, en niet alleen in ons land, maar ook in Duitsland als "Knöchenspiel", in Frankrijk als "jeu dosselets"algemeen bekend was, en waarschijnlijk nog in meerdere landen.  bigkele (Tegelen), bikkel valt met de bolle kant boven: buukes; met de holle kant/  bikkele (Gennep), Bikkele was het nagooien of narollen van elkaars bikkel met het doel die van de tegenstander te raken. Vaak werd dit spel gespeeld op de lange weg van en naar school. De bikkels werden ook gebruikt bij het trumpe (z. ald.).  bikkele (Meerlo, ... ), de bikkel is een grote knikker  bikkelen (Grathem), enkel nog gespeeld met loden of koperen bikkels, niet meer bekend met de echte beentjes.  bigkele (Venlo), In zès keer hao zei al hr bikkelkes konne vange.  bikkele (Eigenbilzen), is een eeuw geleden bekend geweest  bikkĕlĕ (Oirsbeek), k tussen g en k  bekələ (Opglabbeek), Kòm, weer gaon get bigkele oppe stòp.  bigkele (Echt/Gebroek), Met bal en kootje.  bigkele (Maaseik), Mnl. bickelen spelen met bikkelstenen, Kil. bickeln, ludere talis; S. en R. biggelen.  biggele (Zonhoven), nog gespeeld tot voor WO I  bigkele (Panningen), ook met stokjes gespeeld.  bikkelen (Hout-Blerick), Ook: kuuëtse. Spelletje met schapen- of varkenskootjes "kuuëtjes", die kostten vroeger niks door de vele huisslachtingen. Het werd door 2 of 3 meisjes gespeeld op "nen aemse stein"voor de ingang van n woning. Aan de kootjes is een holle en bolle kant  bikkele (Weert), puntje onder de e  begələ (Bree, ... ), begələn (Overpelt), pôtter, richel en stönder (naargelang de ligging op de grond van de bikkels) zijn heel oude woorden, opgetekend van een 90 jarige vrouw.  biggelen (Eksel), Spel met bikkels, knopen of kleine metalen (zamak) imitatie bikkels.  biggelen (Eksel), Sub kuuëtse. Ook: biggele/bikkele; vero. NO kootsele, bikkele.  biggele (Weert), bikkele (Nederweert, ... ), tussen de g en de schwa staat bovenaan een kleine n (of ng?)  begələ (Peer), Vero.  bieggele (Hasselt), vgl. pag. 47: Bikkelen.  biggele (Sittard), werkwoord  biggele (Zonhoven), wordt niet meer gespeeld  bĭkələn (Eksel), Zie: kénjersjpeelkes.  biGGele (Sittard), kaatsen: met ballen gooien  bikələ (Ottersum), knikkeren:   bikkele (Grubbenvorst, ... ), bikkelen (Broekhuizen), Bikkele ien n kuleke.  bikkele (Venray), opgooien (tossen):   bikkelen (Stein), verschillende knikkerspelen: bikkelen:   biggele (Ell), biggelen (Venlo), #NAME?  biegele (Nunhem), vriezenx:   biGkelle (Klimmen), bikkele (Ulestraten), bikkelen (Oost-Maarland) III-3-2, III-4-4