e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L364p plaats=Meeuwen

Overzicht

Gevonden: 4441

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aftekenen met krijt tekenen: tɛjkǝnǝ (Meeuwen) In verband met het passen de kledingstukken aftekenen met krijt. [N 59, 75; N 59, 74] II-7
aftroggelen aftroggelen: aftroggelen (Meeuwen), oplichten: oplichten (Meeuwen) listig of met bedrog iets van iemand weten te krijgen [troggelen, aftroggelen, uitschillen, affoefelen, aftruifelen, aftisselen, afstrepen, affutselen, afzetten] [N 89 (1982)] III-3-1
aftuigen uitdoen: ū.t˱dō.n (Meeuwen) Het paard van het trektuig ontdoen door de verschillende delen van het paardetuig los te gespen en af te nemen. [JG 1b; N 8, 97b] I-10
afvallen van bladeren rijzelen: ri-jzele (Meeuwen) reuzelen, afvallen v bladeren III-4-3
afwas afwas: āfwas (Meeuwen, ... ) de afwas, de af te wassen voorwerpen || het afwassen III-2-1
afwasborstel borstel: borstel (Meeuwen, ... ) Borstel waarmee potten en pannen gereinigd worden (borstel, schrobbertje) [N 79 (1979)] III-2-1
afwassen afwassen: āfwasə (Meeuwen) de afwas doen III-2-1
afwaswater schotelwater: sjutelwater (Meeuwen), spoelsel: Noa den aafwas leipt het speelsel in de aafveerbi-js  speelsel (Meeuwen) het spoelwater || het water waarin men de vaat doet III-2-1
afzetten stropen: stropen (Meeuwen, ... ) meer laten betalen dan een artikel waard is; te duur doen betalen [strepen, aankomen, strafelen, straffen, stropen, stroefen, scholpen, nijpen, afdrogen, overschatten] [N 89 (1982)] III-3-1
akker perceeltje: pǝrsiǝlkǝ (Meeuwen), stuk: stęk (Meeuwen) Met het begrip ɛakkerɛ wordt in dit lemma bedoeld een bepaald begrensd stuk akkerland of bouwland. Veel respondenten uit Belgisch Limburg beschouwen perceel als een notariswoord. De woordtypen tarweland, haverland, bietenland, korenveld en koren duiden op een stuk land waarop een bepaald gewas wordt verbouwd.' [N 27, 2a; N 11, 1b; A 11, 4; A 3, 40; JG 1a, 1b, 1d; L 37, 11b; L 19b, 1a; Vld.; monogr.] I-8