e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095a plaats=Caberg

Overzicht

Gevonden: 1390
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bonenkruid bonenkruid: WBD/WLD  bŏenekrōēd (Caberg, ... ) Bonenkruid, het geurige kruid dat bij de tuinbonen of andere peulvruchten gevoegd wordt (keule, keul, kuil, kruid, heume, bonenkruid, kuun, keune). [N 82 (1981)] I-7, III-2-3
bont als apart kledingstuk pels: pels (Caberg) bont, zachtharig dierenvel (das, vos, e.d.) als los kledingstuk [poes, pels, mansjel] [N 23 (1964)] III-1-3
bontmantel bontjas: bontjas (Caberg) bontmantel [N 23 (1964)] III-1-3
boomgaard bongerd: boŋərt (Caberg) I-7
boomkruin douw: WBD/WLD  douw (Caberg), kruin: WBD/WLD  de kruyn (Caberg) De bladdragende takmassa (kroon, kapruin, kruin). [N 82 (1981)] III-4-3
boordenknoopje hemdsknoopje: hummeskneupke (Caberg) boordeknoopje [N 23 (1964)] III-1-3
boos geaffronteerd: geaffronteerd (Caberg), giftig: giftig (Caberg), kwaad: koed (Caberg) boos, kwaad ten gevolge van een belediging [kwaad, boos, vuil] [N 85 (1981)] III-1-4
borrel drupje: dröpkə (Caberg) borrel; Hoe noemt U: Een glaasje sterke drank, borrel (grigo, officiertje, tjipke, sprets, druppel, drup, kleintje, kloekmalder, propje, peut, wippertje, taaie, tikje, slokje, snapsje, spatje) [N 80 (1980)] III-2-3
borrelen (van water) wellen: welle (Caberg) bobbelend naar boven komen, gezegd van water [borrelen, wellen, walen, kwelmen] [N 81 (1980)] III-4-4
borstkas borst: boors (Caberg), borstkas: boorskas (Caberg) Borst(kas): het voorste deel van het menselijk lichaam tussen hals en middenrif (borst, borstkas, kluter). [N 84 (1981)] III-1-1