e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L322a plaats=Nunhem

Overzicht

Gevonden: 3136
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zweten zweten: zweite (Nunhem) zweten [N 10a (1961)] III-1-2
zwezerik soepieten: sepieten (Nunhem) Zwezerik (sepieten?) [N 16 (1962)] III-2-3
zwik van de wagen zwik: zwek (Nunhem) De dwarsbalk die de vorkhouten onder de bak van de langwagen met elkaar verbindt. [N 17, 42 + 44d; N G, 70f; JG 1b; monogr] I-13
zwoegen poejakken: poej-jakke (Nunhem), wroeten: vreute (Nunhem), zich weren: zich waere (Nunhem) hard werken [zwoegen, wroeten, adammen, muiken, ploeteren, trimmen, porren] [N 85 (1981)] || zich bijzonder inspannen, erg veel moeite doen [zich weren, zich uitsloven, weerbieden] [N 85 (1981)] III-1-4
zwoord zwaard: zwaars (Nunhem) De zwoord, van het spek (zwaart, zwaort?) [N 16 (1962)] III-2-3
één frank frank: frang (Nunhem) 1 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)] III-3-1