e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

Gevonden: 5514

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aangebrande stenen derdeklasstenen: (enk)  dɛrdǝklasstējǝn (Lommel) Vormelingen die tijdens het bakproces verbranden door directe aanraking met stookkolen. Zie voor het woordtype kraaien ook het Waalse ɛcrah√™ɛ, ø̄̄morceau de houille incomplètement br√ªléø̄̄. Het werd in Q 121 gebruikt voor ø̄̄te hard gebakken stenenø̄̄.' [N 98, 168; N 30, 52c; monogr.] II-8
aanhoudend bepoetelen fotten: foͅtən (Lommel), handvollen: hafələ (Lommel), hafələn (Lommel, ... ), verhandvollen: vərhafələn (Lommel, ... ) aanhoudend in de handen nemen [haffele, verhandvollen] [N 10 (1961)] III-1-2
aanhoudend klagen de stenen uit de grond klagen: mar.: is er onderscheid tussen enkel- en meervoud van "steen"?  də steiən ötə grónt klàgən (Lommel), murmureren: fr. "murmurer  märməreiərən (Lommel), steen en been klagen: mar.: is er onderscheid tussen enkel- en meervoud van "steen"?  steiən äm beiən klàgən (Lommel) de stenen uit de grond klagen || klagen || steen en been klagen III-1-4
aankloppen kloppen: kloppen (Lommel) Het met een hamer bewerken van de onderstukken om een stevig geheel te krijgen. [N 60, 129a] II-10
aanloop aanloop: Hij piek (= pakte) zijn aanloop veel te kort.  änlop (Lommel) Aanloop. III-3-2
aanlopen aanzetten: anzètten (Lommel), een aanloop nemen: ne enloop nimmen (Lommel) Om ver te kunnen springen, begint een jongen eerst te lopen; hoe zegt men in uw dialect: "De jongen moet ..."? [ZND 37 (1941)] III-3-2
aanmelken voormelken: vørmęlǝʔǝ (Lommel), vø̄rmęlkǝ (Lommel) Het maken van de eerste melkbewegingen bij een vaars die pas gekalfd heeft, gezegd van de boer. [N 3A, 61] I-11
aanranden aanvallen: aanvallen (Lommel), anvallen (Lommel), onvallen (Lommel), overvallen: overvoullen (Lommel) aanranden [ZND 32 (1939)] III-3-1
aanstaan aanstaan: Det stit em an (Lommel), dè zal hum an-stowɛn (Lommel), uitgetekend: ø̜jt˲gǝtēʔǝnt (Lommel) Dat zal hem gaden (bevallen, aanstaan). [ZND 35 (1941)] || Gezegd van de hoeken van een bouwwerk, wanneer deze na het uitmeten definitief vastgesteld zijn. In Q 83 werd de term 'aanstaan' in een iets andere betekenis gebruikt. Zodra de muren van een huis in aanbouw een eerste maal gemetseld waren en het grondplan zodoende vastlag, werden de uitzetplanken verwijderd. Men zei dan dat het huis 'aanstond'. [N 31, 10a; monogr.] II-9, III-1-4
aanstieren aanstieren: anstērǝ (Lommel) Een jonge koe voor het eerst laten paren. [N 3A, 30b; monogr.] I-11