e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L246p plaats=Horst

Overzicht

Gevonden: 3618

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aardbei aardbes: éérbéés (Horst), aardsbeer: eͅrdsbēr (Horst), eͅsbeͅr (Horst), èsbIer (Horst) [DC GV (1935) M]aardbei [SGV (1914)] || De bekende, fris smakende rode vrucht van de aardbeienplant (aadbissem, aardbeer, aardbees, jaarbees, aardbezie, freis). [N 82 (1981)] I-7
aarde, grond aarde: êrt (Horst), zand: zānd (Horst) aarde (grond) [SGV (1914)] || zand [SGV (1914)] III-4-4
aarden wennen: winne (Horst) zich op een andere plaats waar men zich gevestigd heeft, thuis gaan voelen [aarden, de aard krijgen] [N 85 (1981)] III-1-4
aarden pot aarden pot: ē̜rdǝ pǫt (Horst), rode pot: rōdǝ pǫt (Horst) Aarden pot, bleekbruin van kleur. Dorren (Valkenburgs Woordenboek) merkt op pag. 15 over de term baar op: ø̄̄Naar de grootte onderscheidt men één-, twee- en drieschildersbaren, wijl ze gemerkt zijn met één, twee of drie schildjes (reliefstempels), met een inhoud van circa 20, 30 en 40 liter.ø̄̄ De driekroonse pot was een verglaasde pot voor het inmaken van zuurkool, braadworst en bonen. De pot was gemerkt met drie kroontjes en had een inhoud van 20 tot 50 liter. Het woordtype driekronenpot duidt waarschijnlijk een vergelijkbare pot aan. Zie hiervoor ook de toelichting bij het lemma ɛstroopvatɛ in wld II.2, pag. 59.' [N 49, 103b; L 1a-m; L 32, 15a; L 32, 15b; R 3, 5; S 1; monogr.] II-8
aardmannetje (kabouter) aardmannetje: èrtmenke (Horst) aardmannetje [SGV (1914)] III-3-3
aars vot: vǫt (Horst) [JG 1a, 1b; N 8, 13, 32.9 en 35] I-9
aarzelen schuw zijn: schouw ziēn (Horst), twijfelen: twīēfele (Horst) bang om iets te doen, niet durven doen [aarzelen, twijfelen, tukken, treuzelen, teutelen, draaien] [N 85 (1981)] || uit besluiteloosheid zich weerhouden, niet goed durven [aarzelen, dubben, teutelen, pieraarzen, dobben] [N 85 (1981)] III-1-4
aas in het kaartspel aas: rōēten as (Horst) Aas: Ruiten aas. [SGV (1914)] III-3-2
achtergebleven hooi harken schoonscharren: skǫnskarǝ (Horst) Wanneer het hooi is binnengehaald werd soms nog eens het hooiland afgeharkt om het achtergebleven hooi te verzamelen. [N14, 122; A 34, 4 add.] I-3
achterhaam achterboks: ɛxtǝrboks (Horst) Samenstel van riemen dat op het achterwerk van het paard wordt gelegd en dient om de kar achteruit te stoten. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 74; monogr.] I-10