e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L271p plaats=Venlo

Overzicht

Gevonden: 7326

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aanhoudend vragen aanhouden: áánhàldə (Venlo), bedelen: baedele (Venlo, ... ), vragen: blīēvə vrāōgə (Venlo), zaniken: zanikke (Venlo) aanhoudend vragen om iets te krijgen [kutten] [N 87 (1981)] || alsmaardoor blijven vragen [maren] [N 87 (1981)] III-3-1
aankondigingskastje kastje: kèsjə (Venlo), késje (Venlo) de plaats waar gemeentelijke aankondigingen etc. opgehangen worden [gebooi] [N 90 (1982)] III-3-1
aanloop aanloop: Veur t springe eine - neme, voor t springen een aanloop nemen!  aanluip (Venlo) Aanloop. III-3-2
aanmelken stropen: strøi̯pǝ (Venlo) Het maken van de eerste melkbewegingen bij een vaars die pas gekalfd heeft, gezegd van de boer. [N 3A, 61] I-11
aanmeten meten: mē̜tǝ (Venlo) Het nemen van de voor een kledingstuk vereiste maten. Bij de heren neemt men de maat van de rughoogte, taillelengte, gehele lengte van het kledingstuk, (halve) rugbreedte, ellebooglengte, mouwlengte, borstbreedte, bovenwijdte, taillewijdte, zitwijdte, armsgatdiepte, verhoudingsmaat, schouderhoogte, korte schouderhoogte, avancement, buikvoorsprong, lendebreedte; opening, lengte en zijlengte van het vest; knielengte, zijlengte, tussenbeenlengste, bandwijdte, zitwijdte, kniewijdte en voetwijdte van de broek (Papenhuyzen II, pag. 5 e.v.). Bij de dames neemt men de maat van de rughoogte, taillelengte, gehele lengte (halve) rugbreedte, ellebooglengte, mouwlengte, borstbreedte, eerste bovenwijdte, tweede bovenwijdte, taillewijdte, heupwijdte, armsgatdiepte, bustehoogte, verhoudingsmaat, voorlengte tot de rughoogtelijn, voorlengte tot de taillelijn, schouderhoogte, avancement, achterlengte, zijlengte, voorlengte, taillewijdte, heupwijdte en onderwijdte van de rok (Papenhuyzen I, pag. 6 e.v.). Zie voor het aanmeten o.a. afb. 23. [N 59, 43; N 62, 2a] II-7
aanrecht aanrecht: Verklw. aanrekske  aanrek (Venlo) aanrecht III-2-1
aanrekenen aankalken: áánkálkə (Venlo), in rekening brengen: in raekening bringe (Venlo), opschrijven: ópschrīēvə (Venlo), vragen: vraoge (Venlo) betaling vragen voor een geleverd artikel; in rekening brengen [schrijven, aankalken] [N 89 (1982)] III-3-1
aanrijgen rijgen: riêge (Venlo), rīēgə (Venlo), ritsen: ritsə (Venlo) tot een snoer verenigen [ritsen, resemen, rijgen] [N 91 (1982)] III-4-4
aanstaan aanstaan: det steit um waal aan (Venlo), áánstaon (Venlo), gaden: det gaait um waal (Venlo), gaaje (Venlo), gaje (Venlo), gáájə (Venlo) behagen, bevallen, aangenaam zijn [gaden, gaaien, aanstaan] [N 85 (1981)] || bevallen III-1-4
aanstieren aanstieren: ānstīrǝ (Venlo) Een jonge koe voor het eerst laten paren. [N 3A, 30b; monogr.] I-11