e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P196p plaats=Veulen

Overzicht

Gevonden: 565

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
braken spuwen: spowə (Veulen) overgeven (spuwen, braken) [ZND B2 (1940sq)] III-1-2
brandhout vinkelhout: feͅi̯nkəlhoͅu̯t (Veulen) brandhout (in brokjes) [ZND B1 (1940sq)] III-2-1
brandnetel netel: netǝl (Veulen), nĕtel (Veulen) (brand)netel [ZND 01 (1922)] || Urtica L. Van dit zeer algemeen voorkomende onkruid bestaan er twee soorten: de grote brandnetel (Urtica dioica L.) en de kleine brandnetel (Urtica urens L.), die in praktijk eigenlijk niet van elkaar onderscheiden worden. De grote of groffe, die van 30 cm tot meer dan 2 m lang kan worden en hierbij afgebeeld is, groeit meer op stikstofrijke, vaak halfbeschaduwde vruchtbare gronden en stortplaatsen. De kleine of fijne -van 15 tot 60 cm hoog- meer op droge plaatsen, op bouwland en in moestuinen. Beide soorten hebben brandharen en grofgezaagde bladeren, die bij aanraking een brandend gevoel veroorzaken. De bloemen zien eruit als groenige trosjes, bij de grote tot enkele centimenters lang en hangend, en bloeien van juni, respectievelijk mei, tot de herfst. [A 13, 11; L 1, a-m; L 1u, 24; L 5, 15; L 15, 2; S 5; Gi 1, 14; monogr.; add. uit S 25; JG 1b] I-5, III-4-3
breien strikken: strikə (Veulen) breien (kousen breiden) [ZND B1 (1940sq)] III-1-3
breinaald strikijzer: strikejəzər (Veulen) breinaald [ZND B1 (1940sq)] III-1-3
breken breken: briəkə (Veulen) breken [ZND A1 (1940sq)] III-1-2
brengen brengen: braeŋə (Veulen) brengen [ZND A1 (1940sq)] III-1-2
bretel bretel (<fr.): brəteͅlə (Veulen) bretellen (om de broek op te houden) [ZND B1 (1940sq)] III-1-3
breuk breuk: bryək (Veulen) een breuk [ZND A2 (1940sq)] III-1-2
broedende kip op eieren kloek: klūk (Veulen), kloekhen: klukhęn (Veulen), klūkhin (Veulen) [N 19, 43a; JG 1a, 1b, 2c; L 14, 21; A 6, 1c; S 5; L B2, 320; monogr.] I-12