e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L192p plaats=Bergen

Overzicht

Gevonden: 1064

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bomijs rakelijs: rakelijs (Bergen) ijs waaronder het water is weggelopen [DC 32 (1960)] III-4-4
bont als apart kledingstuk pels: enne pels (Bergen) bont, zachtharig dierenvel (das, vos, e.d.) als los kledingstuk [poes, pels, mansjel] [N 23 (1964)] III-1-3
bont en blauw slaan blond en blauw slaan: blōnt ɛn blòu gəslāgə (Bergen) bont en blauw geslagen [RND] III-1-2
bontkraag bontkraag: boont-kraag (Bergen) kraag van bont [N 23 (1964)] III-1-3
bontmantel bontmantel: boontmaantel (Bergen) bontmantel [N 23 (1964)] III-1-3
boog pijlenboog: piləmboͅ.əch (Bergen) boog [RND] III-3-2
boom (alg.) boom: buəm (Bergen) boom [RND] III-4-3
boordenknoopje boordenknoopje: boorde-knûpke (Bergen) boordeknoopje [N 23 (1964)] III-1-3
bordveren veren: veren (Bergen) De houten veren waarmee de eindborden en volgens de invullers uit l 288 en l 320a ook de windborden worden vastgezet. De springveren en de veren zaten in l 288, l 320a, l 353 en l 381b aan de achterzijde van de borden. [N O, 4c; N O, 4d; A 42A, 68] II-3
borrelglaasje schopje: inhoudsmaat: 1/4 dl  sxøͅpkə (Bergen) drinkglas [RND] III-2-1