e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L250p plaats=Arcen

Overzicht

Gevonden: 2266

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
baktrog waarin bloem bewaard wordt trog: trōǝx (Arcen) Voor het opslaan van de bloem maakt men ook wel gebruik van de baktrog. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma ''baktrog''. De bloem dient bewaard te worden op een koele, droge en luchtige plaats. De beste temperatuur waarbij de bloem bewaard kan worden, is 15¬∞C (Schoep blz. 35). [N 29, 17] II-1
balans balans: balans (Arcen) balans [SGV (1914)] III-3-1
balkenbrij kruipuit: karbōēt (Arcen), k’rbōēt (Arcen) balkenbrij [Roukens 03 (1937)], [SGV (1914)] III-2-3
band band: bānt (Arcen) In het algemeen de band die de houten duigen van een vat of kuip omspant en bijeenhoudt. De band is doorgaans van ijzer vervaardigd. Vroeger werden ook houten banden gebruikt. [A 19, 1a; monogr.] II-12
bandiet bandiet: bandiet (Arcen) bandiet [SGV (1914)] III-3-1
barrevoets barrevoets: bêrevŏŏts (Arcen), op blote voeten: op bluətə vø:t (Arcen) barrevoets [SGV (1914)] || blootvoets [RND] III-1-3
bed bed: be̝ͅt (Arcen) bed [RND] III-2-1
beddenhemel hemel: heeməl (Arcen) Houten overkapping met een gordijn boven een ledikant (troon, hemel) [N 79 (1979)] III-2-1
bedevaart bedevaart: bêvert (Arcen) bedevaart [SGV (1914)] III-3-3
bedorven ei guste eieren: gø̄zǝ ęi̯ǝr (Arcen) [N 19, 54d; L 6, 39; S 31; monogr.] I-12