| 29817 |
holle steen |
bimsblok:
bems˱blǫk (Q012p Rekem),
bimssteen:
bemsstī̄n (K359p Koersel),
bemsštē (Q117a Waubach),
binnensteen:
bęnǝštęjn (Q022p Munstergeleen),
binnenwerker:
benǝwerǝkǝr (Q111p Klimmen),
boisseau:
bwazō (P057p Kuringen
[(meervoud: bwazōs)]
),
bwazǫn (P176p Sint-Truiden),
dalle:
dal (P176b Bevingen
[(meervoud: dalǝn)]
, ...
L360p Bree
[(meervoud: dalǝ)]
,
Q071p Diepenbeek
[(meervoud: dalǝ)]
,
L316p Kaulille
[(idem)]
,
K278p Lommel
[(meervoud: dals)]
,
L364p Meeuwen,
P056p Stokrooie
[(meervoud: dalǝ)]
),
dallebrik:
dalbrek (Q083p Bilzen),
dalbrī̄k (Q003p Genk),
dallesbrik:
dalsbrek (L364p Meeuwen),
dallesteen:
dalstin (Q001p Zonhoven),
dalstī̄jǝn (K357p Paal),
dalstī̄n (K359p Koersel, ...
P057p Kuringen),
dalstī̄ǝn (L315p Kleine-Brogel),
dalstęjn (L364p Meeuwen, ...
L416p Opglabbeek),
dālstē(j)n (Q072p Beverst),
hobosteen:
hōbōštęjn (L292p Heythuysen),
holle baksteen:
holǝ bakstęjn (L320a Ell),
hø̜lǝ bakštē (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
hǫlǝ bakstēn (L159a Middelaar),
hǫlǝ bakstęjn (L269p Blerick, ...
Q198a Mesch,
Q194p Rijckholt),
hǫlǝ bakštęjn (Q198p Eijsden),
hǭlǝ bakštęjn (L432p Susteren),
holle bouw:
hǫlǝ bǫw (L297p Belfeld, ...
L210p Venray),
holle bouwsteen:
h ̇ōlǝ b ̇uštęjn (L431p Dieteren),
holle bouwsteen (Q035a Rumpen),
hōl bǫwšt ̇ɛjn (L290p Panningen),
hōlǝn bǫwstęjn (L291p Helden),
hǫlǝ bǫwstiǝn (L265p Meijel
[(modern)]
),
hǫlǝ bǫwštęj.n (L270p Tegelen),
%%meervoud%%
hōl bǫwstęjn (L289b Leuken, ...
L321p Neeritter),
holle brik:
olǝ brek (Q011p Boorsem),
holle dalle:
(mv)
hǫlǝ dalǝ(n) (P176p Sint-Truiden),
holle kareel:
(mv)
hǫwl krēlǝ (P176p Sint-Truiden),
holle steen:
hoal šteŋ (Q202p Eys),
hǫl stęjn (Q095p Maastricht),
hǫl šteŋ (Q113p Heerlen),
hǭl štęjn (Q099q Rothem),
hǭlǝ štęj.n (L270p Tegelen),
hǭlǝ štęjn (Q022p Munstergeleen),
ǫwlǝ stī̄ǝn (P176p Sint-Truiden),
%%meervoud%%
hōl štęjn (Q097p Ulestraten),
isobrik:
izōbrek (P057p Kuringen),
kalksteen:
kalǝkštē (Q030p Schinveld),
kanaalsteen:
kanālštęj.n (L270p Tegelen),
kareel bet gaters:
krēl bǝ gǭtǝrs (P176p Sint-Truiden),
kustfeller:
køsfɛlǝr (L292p Heythuysen, ...
Q194p Rijckholt),
køstfɛlǝr (L373p Roosteren),
køsvɛlǝr (L382p Montfort),
lochte steen:
loxtǝ štē (Q117a Waubach),
lochtsteen:
loxtstin (Q001p Zonhoven),
luxtstī̄jǝn (K357p Paal),
luchtpotsteen:
løxtpǫtstī̄ǝn (L315p Kleine-Brogel),
perfora:
plavora (L382p Montfort),
plyfora (L318b Tungelroy),
perforasteen:
pɛrforastęjn (L318b Tungelroy),
pijpsteen:
pī̄pštęjn (Q097p Ulestraten),
plafonddalle:
plǝfoŋdal (Q077p Hoeselt
[(meervoud: plǝfoŋdalǝ)]
),
plafondsteen:
plǝfōnstēn (L163p Ottersum),
schoorsteenblok:
sxōrstęjnblok (L382p Montfort
[(meervoud: sxōrstęjnbløk)]
),
schoorsteensteen:
sxǫrstɛnstēn (L163p Ottersum),
schouwbrik:
sxǫwbrek (Q193p Gronsveld),
schouwpijpsteen:
sxǫwpē̜pstiǝn (P176p Sint-Truiden),
schouwpot:
(mv)
šōpęt (Q083p Bilzen),
schouwsteen:
sxāwstējǝn (K278p Lommel),
schrompsteen:
šrumpstęjn (Q015p Stein),
snelbouw:
snɛlbō (L414p Houthalen
[(voor luchtkanalen)]
),
spouwsteen:
špǫwštē (Q028p Jabeek
[(meervoud: špǫwštēn)]
),
steen voor onderslagmuren:
štęj.n vø̄̄r oŋǝršlāxmū.rǝ (L270p Tegelen),
ventilatiesteen:
vɛntilāsistiǝn (L265p Meijel),
vuurvaste bouwsteen:
(mv)
vø̄̄rvast˱ bǫwstęjn (L321p Neeritter),
welfsel:
wølfsǝl (P056p Stokrooie),
welfselsteen:
wølǝfsǝlstijǝn (K353p Tessenderlo),
welfsteen:
wølǝfstijǝn (K353p Tessenderlo),
wø̜lǝfstējǝn (K278p Lommel),
węlfstejn (P120p Alken),
wɛlǝfstī̄jǝn (L282p Achel),
zwembrik:
zwømbrek (Q012p Rekem),
zwemsteen:
zwømstęjn (L289p Weert)
|
Metselsteen die niet massief is. Holle stenen kunnen diverse vormen en afmetingen vertonen en worden onder meer gebruikt voor gewelven, zolderingen en lichte tussenmuren. Ze worden ook toegepast bij het opmetselen van rookkanalen en luchtkokers. Zie ook afb. 27. Het betreft daar een holle spie- of boogsteen. De woordtypen zwemsteen (L 289) en zwembrik (Q 12) verwijzen naar het feit dat holle stenen licht van gewicht kunnen zijn door het gebruik van poreuze grondstoffen als natuurbims, kunstbims of gegranuleerde hoogovenslakken; als bindmiddel wordt dan hydraulische kalk, cement of een mengsel van beide toegepast. [N 30, 54c]
II-8
|