e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L430p plaats=Einighausen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitgeteld zijn aan de telling zijn: (de koe is) ān dǝ tɛleŋ (Einighausen), uitgeteld zijn: (de koe is) ūǝtgǝtɛlt (Einighausen) De koe staat op het punt te gaan kalven. [N 3A, 43] I-11
uitmaken wie mag beginnen kavelen: Opm. wanneer begonnen zal worden, wordt opgeworpen en wiens knikker het dichtst bij het perk komt, is de eerste. Dit opwerpen heet kavele.  kavele (Einighausen) benamingen in het knikkerspel [SGV (1914)] III-3-2
uitneembaar frontje befje: bèfke (Einighausen) frontje, uitneembaar ~ in de hals van een jurk [vestje, plastron] [N 24 (1964)] III-1-3
uitschelden schelden: Opm. Duitse ai-klank.  sjaije (Einighausen) schelden [SGV (1914)] III-3-1
uitwendig kruiwerk kruiwerk: kryjwę̄rǝk (Einighausen) Algemene benaming voor alle voorzieningen die aan de buitenzijde van de molen zijn aangebracht om de gehele molen of de molenkap naar de wind te draaien. [N O, 30h; Sche 60; monogr.] II-3
uitwerpselen van het paard paardsstront: pē̜šštrǫnt (Einighausen) [A 9, 24b] I-9
uitwerpselen van koeien koeflater: kou̯flātǝr (Einighausen), koestront: kou̯štronjtj (Einighausen) [N M, 8a; A 9, 24a; JG 1a, 1b; N 11A, 40a; monogr.; add. uit N 5A (I] I-11
vaalbonte koe vale koe: vāl [koe] (Einighausen) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 131b] I-11
vaars rind: rǝi̯ntj (Einighausen), vaars: vɛš (Einighausen), vaarsje: vēškǝ (Einighausen) Jonge koe van ongeveer twee jaar die nog geen kalf heeft gehad of voor de eerste maal kalft. [JG 1a, 1b; A 2, 38; A 4, 11; Gwn V, 6; L 8, 27; L 20, 11; R 3, 37; S 38 en 49; Wi 16; monogr.; add. uit N 3A, 20] I-11
vader pap: pap (Einighausen), papa: pappa (Einighausen), vader: vaader (Einighausen, ... ) (vader;) Hoe wordt de vader door de kinderen aangesproken? [DC 05 (1937)] || vader; (Hoe wordt de vader door de kinderen aangesproken?) [DC 05 (1937)] III-2-2