e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
brouwersknecht brouwersjongen: brouwersjongen (Maastricht), brouwersknecht: bruwǝrsknęx (Horn), brouwersmof: brouwersmof (Tegelen), brouwjongen: brouwjongen (Maastricht), helper: hɛlǝpǝr (Alken), hulpbrouwer: hulpbrouwer (Arcen), knecht: knęxt (Stramproy), (mv.)  knęxs (Schinnen), knęxts (Venray) De persoon die de brouwmeester assisteert bij de voornaamste werkzaamheden in het brouwhuis zoals beslaan, aftrekken en klaren, koken en wort koelen. Alleen in L 325 houdt de brouwersknecht zich uitsluitend bezig met het aftrekken en klaren, terwijl in P 120 de helper alleen assisteert bij de drie eerstgenoemde werkzaamheden. Volgens de invuller uit L 250 is de taak van de hulpbrouwer, naast de bovengenoemde werkzaamheden, het schoonmaken en pletten van het brouwgraan. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma ''brouwer''. [N 35, 58a; N 35, 58b; N 35, 58c; N 38, 58d; monogr.] II-2