| 30718 |
gebarsten |
gebarsten:
gǝbarstǝ (L426p Buchten, ...
L330p Herten),
gǝbarštǝ (Q203p Gulpen, ...
Q111p Klimmen),
gǝbaštǝ (Q113p Heerlen, ...
Q111p Klimmen,
Q032p Schinnen),
gǝborstǝ (L265p Meijel),
gǝbārstǝ (L163p Ottersum),
gǝbǫrstǝ (L414p Houthalen, ...
L267p Maasbree),
gǝbǫstǝ (P219p Jeuk),
gǝbǫsǝ (Q071p Diepenbeek),
gekrabbeleerd:
gǝkrabǝlējǝrt (K353p Tessenderlo),
gesprongen:
gǝšproŋǝ (L328p Heel, ...
Q113p Heerlen,
Q111p Klimmen),
gǝšprǫŋǝ (L330p Herten),
jǝšproŋǝ (Q121p Kerkrade)
|
Gezegd van verflagen die scheuren vertonen. ø̄De oorzaak van scheuren in een verflaag is gelegen in een tekort aan elasticiteit der laag bij goed hechten aan den ondergrond. Verder kunnen tot het ontstaan van scheuren medewerken plotselinge temperatuurswisselingen, een te vette ondergrond, de spanningen die door langzamer drogen der grondlagen ontstaan, en sterk uiteenloopende uitzettingscoëfficiënten van grond- en deklaagø̄ (Zwiers II, pag. 324). [N 67, 69c]
II-9
|