e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
houtboor ebel: ēbǝl (Zie mijnen  [(Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Domaniale]), egger: ęgǝr (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen)]  [Zolder, Winterslag, Waterschei, Eisden]), evel: ēvǝl (Zie mijnen  [(Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), ever: ēvǝr (Zie mijnen  [(Zolder / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), houtboor: (h)ōt˱buǝr (Bilzen), hāt˱bōr (Leopoldsburg), hōts˱bǫar (Spekholzerheide), hōt˱bawr (Loksbergen), hōt˱bō̜r (Mechelen), hōt˱bǫwr (Bevingen), hǫlt˱bǭr (Heijen, ... ), hǫwt˱bō̜r (Herten, ... ), hǭt˱bȳr (Zutendaal), hǭwtbōr (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen]), negger: nɛgǝr (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen)]  [Beringen, Zolder, Houthalen]) Boor waarmee gaten in hout kunnen worden geboord. De "houtboor" wordt vooral gebruikt voor het maken van gaten in de houten dwarsliggers onder de spoorstaven. [Vwo 302; Vwo 307; Vwo 314; Vwo 315; Vwo 382; Vwo 545] || In het algemeen een werktuig om ronde gaten in hout te maken. Om dit te bereiken plaatst men in de houtboor een boorijzer dat, wanneer men het laat draaien, als een kurkentrekker in het hout dringt. Daarbij worden de houtdeeltjes afgesneden en naar boven geleid, waardoor er een gat ontstaat. Zie ook het lemma ɛhoutboorɛ in Wld II.5, pag. 158.' [N 33, 133; N 53, 160a] II-12, II-5