22061 |
lang duivenluisje |
duivenluis:
dauvenlais (Q162p Tongeren),
lang luisje:
lang leuskes (Q157p Jesseren),
lang luiskes (Q168a Rijkhoven),
lange luis:
de lang loes (Q111p Klimmen),
lang loeəs (L300p Beesel),
lang loès (Q187p Sint-Pieter),
lang luus (Q202p Eys),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
lang loojs (Q083p Bilzen),
luis:
l-e͂s (Q007p Eisden),
laas (P219p Jeuk),
li-js (L417p As),
luus (Q021p Geleen, ...
L266p Sevenum),
(v.).
l‧ūs (Q202p Eys),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
láó.s (K361p Zolder),
Opm. v.d. invuller: "löes", meer dän die lange netals in het Nederlands bedoelt, maar de schrijfwijze is gelijk!
löes (Q027p Doenrade),
neet:
neeht (L330p Herten (bij Roermond)),
pluimzottenluis:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
Pluimzotteluizen (L214p Wanssum),
stengelluis:
sjtengelloes (Q201p Wijlre),
veerluis:
vēͅrl"š (L265p Meijel)
|
Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: lang duiveluisje [N 93 (1983)]
III-3-2
|