e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
malen malen: malen (Paal), mā.lǝ (Aldeneik, ... ), mālǝ (Einighausen, ... ), mǫǝlǝ (Alken, ... ), mǭ(ǝ)lǝ (Alt-Hoeselt, ... ), mǭ.lǝ (Beverst, ... ), mǭlǝ (Eijsden, ... ), mǭǝlǝ (Rutten), pletten: plɛtǝ (Kortessem), walsen: walsǝ (Vliermaalroot), wrijven: vręǝrǝ (Alt-Hoeselt), vręǝvǝ (Herk-de-Stad, ... ) Graan fijnmaken met behulp van een molen. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛbreken, snijdenɛ. Het woordtype malen heeft in P 53, P 58, Q 77a en Q 83 naast de bovengenoemde algemene betekenis ook de specifieke betekenis ø̄de bewerking die de graankorrel ondergaat op het ɛmaalvlakɛ van de molensteenø̄. Vanderspickken (pag. 61) merkt daarover op: ø̄Als het graan tussen de maalstenen komt, wordt het eerst in het midden van de steen gebroken of gesneden en meer naar de buitenkant toe gewreven of gemalen.ø̄' [N O, 36a; JG 1a; Vds 4; Jan 8; Coe 8; Grof 17; monogr.] || Het verbrokkelen van de brokken erts in de wasserij. [monogr.] II-3, II-4