| 31231 |
smidsblaasbalg |
balk:
balǝk (Q121b Spekholzerheide),
blaasbalg:
blōs˱balǝx (P176b Bevingen),
blǭ.s˱balǝx (L318b Tungelroy),
blǭs˱balǝx (L291p Helden, ...
L290p Panningen,
L289p Weert,
Q005p Zutendaal),
blaasbalk:
bluǝs˱balǝk (Q083p Bilzen),
blōs˱balǝk (P047p Loksbergen),
blǫas˱balǝk (Q113p Heerlen, ...
Q121p Kerkrade),
blǭ.s˱balǝk (Q035p Brunssum, ...
L318b Tungelroy),
blǭs˱balǝk (Q071p Diepenbeek, ...
Q086p Eigenbilzen,
Q018p Geulle,
L165p Heijen,
L330p Herten,
Q111p Klimmen,
Q095p Maastricht,
L217p Meerlo,
L424p Meeswijk,
L159a Middelaar,
L382p Montfort,
L321p Neeritter,
L216a Oostrum,
L371p Ophoven,
L163p Ottersum,
L299p Reuver,
Q099q Rothem,
L192a Siebengewald,
Q116p Simpelveld,
L432p Susteren,
L331p Swalmen,
Q112z Ten Esschen,
K353p Tessenderlo,
Q097p Ulestraten,
L271p Venlo,
L213p Well,
Q108p Wijnandsrade),
blǭws˱balǝk (P219p Jeuk),
blǭǝs˱balǝk (Q121b Spekholzerheide),
cilinderbalk:
silendǝrbalǝk (Q116p Simpelveld),
cilinderblaasbalk:
silendǝrblǫas˱balǝk (Q113p Heerlen),
silendǝrblǭs˱balǝk (L165p Heijen, ...
Q111p Klimmen,
Q095p Maastricht,
L216a Oostrum,
L371p Ophoven,
L299p Reuver),
sīlendǝrbalǝk (L213p Well),
cilindergeblaas:
tsilendǝŋǝblǭǝs (Q121b Spekholzerheide),
dubbeltonblaasbalk:
døbǝltǫnbluǝs˱balǝk (Q083p Bilzen
[(twee achter elkaar geplaatste tonnen met kleppen en tegengewicht -- werkte zowel door het op- als het neergaan van de hefboom)]
),
harmonicabalk:
mōnikābalǝk (L330p Herten),
ijzeren blaasbalk:
īzǝrǝ blǭs˱balǝk (L321p Neeritter),
leren balk:
lērǝ balǝk (L192a Siebengewald),
lēǝrǝ balǝk (Q116p Simpelveld),
leren blaasbalk:
lērǝ blǭs˱balǝk (L165p Heijen),
lē̜rǝ bluǝs˱balǝk (Q083p Bilzen),
tonbalk:
tǫnbalǝk (L330p Herten),
tonblaasbalg:
tǫnblǭs˱balǝx (L291p Helden, ...
L290p Panningen),
trekbalk:
trek˱balǝk (L382p Montfort),
tręk˱balǝk (Q035p Brunssum, ...
Q113p Heerlen),
trekblaasbalg:
tręk˱blǭs˱balǝx (Q071p Diepenbeek),
trɛk˱blōs˱balǝx (P176b Bevingen),
trekblaasbalk:
tręk˱blǫas˱balǝk (Q121p Kerkrade),
tręk˱blǭs˱balǝk (Q111p Klimmen
[(door middel van hefboom)]
, ...
L371p Ophoven,
Q099q Rothem),
trɛk˱blǭs˱balǝk (Q095p Maastricht)
|
Een werktuig om lucht aan te zuigen, samen te persen en vervolgens uit te blazen. In de smidse wordt het gebruikt om het vuur aan te wakkeren. Het bestaat uit een puntvormig uitlopende zak met twee of drie compartimenten of uit een tonvormige variant daarvan. Ook zijn er blaasbalgen met twee cilinders. De smidsblaasbalg wordt door middel van een trekmechanisme met de hand of de voet bediend. Zie ook afb. 8. [N 33, 11; N 33, 12a-12c; monogr.]
II-11
|