e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spanne spaa: I, II, III(-).  spàa (Tongeren), Sub span: men zegt: spaa (Tongeren), spaar (Hoeselt en Spouwen), spaas (Vlijtingen) en aspougne.  spaa (Tongeren), spaas: Sub span: men zegt: spaa (Tongeren), spaar (Hoeselt en Spouwen), spaas (Vlijtingen) en aspougne.  spaas (Vlijtingen), spanne: en span (Tessenderlo), sjpan (Sittard), sjpān (Montzen), spa.n (Meeswijk), spa[o}n (Sint-Huibrechts-Lille), span (As, ... ), spang (Genk), spanne (Heusden, ... ), spān (Opgrimbie, ... ), spoan (Bree), špannĕ (s-Gravenvoeren), (= span: afstand tussen duim en pink v.e. uitgespreide hand).  schpan (Heer), Als bij t knikkeren de knikkers korter dan een span van elkaar liggen, wordt dat als raak beschouwd: "knup en span!". Span dao: kijk daar!  span (Weert), Be spàn, zònder spàn: knikkerterm.  spàn (Sint-Truiden), Het is nog geen span lang. (Knikkersp.) Een span bijkomen (dichter bij de pot komen).  span (Lommel), In gebruik als maateenheid bij het knikkerspel om op te meten, wie het dichtst bij de pot ligt.  span (Venray), Kil. spanne, intervallum inter pollicem et minimum digitum.  span (Hasselt), Knikkerspel: als uitroep: spaan! of spaan euver! indien twee knikkers op een spanbreed van elkaar liggen.  spaan (Maastricht), Knikkertermen als: dóbbel span, bie-span (ik verbied je te spannen), tik-én-span (bracht dubbele winst).  span (Zolder), n Span is de afstand tussen de duim en de middelvinger van een opengespreide hand (ook volgens André Stevens en Paul Achten), maar anderen beweren dat n span de spanwijdte is tussen de duim en de pink (Van Dale, Xavier Staelens, Jules Frere).  span (Kortessem), NB spanne, meten met de "span"(z. ald.).  span (Meerlo, ... ), Resterende afstand tot de knikker, met één uitgespreide hand overspannen. Als je wilde helpen met de tweede hand, moest je roepen: "Twie haans miech urre sjao"- Als je de knikkers dan verder verwijderde was dit ten nadele van de tegenspeler.  span (Diepenbeek), spar: schpar (Valkenburg), sjper (Gronsveld), spaar (Val-Meer, ... ), sparre (Amby), spār (Bilzen, ... ), [Met afbeelding].  spaar (Hoeselt), Dat blad is maar een span lang.  spḁr (Niel-bij-St.-Truiden), Dei dèèr ès veef spoare brèèd, dat ès iets te brèèd vjèr in dat koet.  spoar (Eigenbilzen), pag. 16-17: Dit werd vroeger gespeeld, onderweg naar school (te voet) op het fietspaadje langs de weg. Wie begint werpt zijn knikker vooruit. De tweede speler werpt om dicht genoeg bij te komen liggen zodat hij t kan meten met n handspan [n spoeër]. Als de afstand kan gemeten worden, win je 1 knikker. Geraakt zonder te kunnen meten, is ook een knikker. Geraakt en kunnen meten is 2 knikkers. Niet geraakt en niet kunnen meten: Mis, haha. Als een speler van de andere wint begint het spel opnieuw.  spoeër (Diepenbeek), Sub span: men zegt: spaa (Tongeren), spaar (Hoeselt en Spouwen), spaas (Vlijtingen) en aspougne.  spaar (Grote-Spouwen, ... ) 1. Bij het knikkerspel: de spanwijdte tussen de uiteengespreide vingers en dat van pink tot duim. || 2. Span (breedte, gemeten met duim en wijsvinger). || [I]. 1. Afstand tussen de top van de pink en de top van de duim. || [Knikkerspel:] n Handspan. || Afstand tussen de toppen van duim en pink als men deze zo ver mogelijk van elkaar verwijdert. || Afstand tussen duim en middelvinger, dit is geen vaste afmeting. || Afstand tussen duim en middenvinger. || benamingen in het knikkerspel [SGV (1914)] || Een spanne (wat men met de hand overspannen kan, b.v. bij het knikkerspel). [ZND 07 (1924)] || Handspan bij knikkeren. || I. Span: afstand (2 dm) tussen pink en duim. || I. Span: Afstand tussen de toppen van duim en pink, als men die zo ver mogelijk van elkaar verwijdert. || Span (knikkerterm). || Span (met duim en pinktop te bespannen lengte ong. 20 cm). || Span, lengtemaat tusschen uitgestrekten duim en wijsvinger. || Span, ruimte tussen uitgestoken toppen van duim en pink. || Span. || Span1: Afstand tussen de toppen van de duim en pink, als men die zo ver mogelijk van elkaar verwijdert. || Span: [Span]. || Span: Afstand tussen pink en duim, gestrekt. || Span: Spanwijdte tussen de toppen van duim en pink (term uit het knikkerspel). || Span: spanwijdte. || Spanne (afstand tussen gestrekte duim en middenvinger) b.v. bij knikkerspel (3/4 voet). || Spanne: afstand tussen top van de pink en top van de duim, zover mogelijk uit elkaar gespreid: maat bij knikkeren. || Spanwijdte tussen duim en middenvinger. || Spanwijdte. III-3-2