e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stoppen afstoppen: afstopǝ (Meijel), bijplamuren: bejplamȳrǝ (Ottersum), hout stoppen: hǭt štǫpǝ (Gulpen), mastieken: mastekǝ (Jeuk), naden stoppen: nø̜̄t štǫpǝ (Gulpen), nagelloker stoppen: nāgǝllǭǝkǝr štǫpǝ (Gulpen), opstoppen: upstǫpǝ (Tessenderlo), stoppen: stoppen (Genk, ... ), stopǝ (Eigenbilzen, ... ), stǫpǝ (Bilzen, ... ), štopǝ (Heerlen, ... ), štǫpǝ (Buchten, ... ), toestoppen: tustǫpǝ (Maasbree), vullen: vølǝ (Herten), vø̜lǝ (Klimmen) Gaten in hout dichten met stopverf. Het stoppen geschiedt na het aanbrengen van de eerste grondverflaag omdat op ongeverfd houtwerk de stopverf slecht houdt. [N 67, 71a] || Herstellen van fouten die tijdens het weven zijn ontstaan. [N 39, 146c] || Naaien met de stopsteek. De stopsteek wordt gebruikt om twee open kanten zo onzichtbaar mogelijk met elkaar te verbinden. [N 59, 59; N 59, 70; monogr.] II-7, II-9