e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wigvormig sluithout cale (fr.): kal (Achel, ... ), kāl (Sint-Truiden), denhout: denhǫu̯t (Hamont), deurkijl: dȳǝrkil (Stevensweert), deurpin: dyǝrp‚ē.n (Eys), deurspie: dø̄rspi (Tungelroy), dø̄rspɛi̯ (Boekt Heikant), deurspij: dø̜u̯rspē̜ ̞ (Borlo, ... ), geerstek: gīrstɛk (Eisden), kijl: kil (Middelaar, ... ), kiǝl (Helden), kī.l (Ingber), kīl (Hoensbroek, ... ), klamp: klamp (Herk-de-Stad), kluister: klustǝr (Klimmen), knevel: knēvǝl (Neerharen), melger: męlǝgǝr (Tessenderlo), peg: pęk (Boekend, ... ), pɛx (Leunen), p‚ēk (Panningen), peg op de deur: pęk˱ ǫp˱ dǝ dø̄r (Sevenum), pin: pen (Bemelen, ... ), penǝ (Berg), postepin: pǫstǝpen (Hoensbroek), sleutel: slø̄tǝl (Overpelt), slietstek: slitstɛk (Eigenbilzen), slotlat: slǭtlat (Romershoven), sluit: slȳt (Bree), sluitbalk: slūt˱balǝk (Grathem), sluithout: šlūthǫu̯t (Haelen), sluitkiel: slūtkil (Stevensweert), sluitkluppel: šlūtkløpǝl (Haelen), sluitpin: slutpen (Eisden), sløi̯tpen (Lommel), slūtpen (Maaseik), šlǫu̯tpen (Geleen), sluitspie: slø̄tspī (Heppen), slōi̯tspi (Rosmeer), slūtspīi̯ (Maaseik), sluitstek: slø̜tstɛk (Meldert), spie: spei̯ (Maasmechelen, ... ), spi (Gennep, ... ), spī (Achel, ... ), spīi̯ (Tungelroy), spɛi̯ (Beringen, ... ), spij: spai̯ (Lummen), spē̜ ̞ (Hasselt, ... ), spē̜ ̞i̯ (Diepenbeek, ... ), stek: stɛk (Neerpelt), štɛk (Nunhem), val: val (Grathem), wervel: werǝvǝl (Neeritter, ... ), wø̜rǝvǝl (Bree), wig: wex (Leopoldsburg) Een wigvormig stuk hout dat men door een metalen ring op de deurstijl steekt en dat aldus de deur tegen de deurstijl sluit. [N 4A, 46] I-6