e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K361p plaats=Zolder

Overzicht

Gevonden: 3499
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aren lezen aren rapen: ǭrǝ rā.pǝ (Zolder), oogsten: ustǝ(n) (Zolder), øxstǝn (Zolder) Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2] I-4
arend van de zeis ang: ãŋ (Zolder), haak: huǝk (Zolder), hāk (Zolder) Het blad van de zeis loopt aan de zijde waar het met de steel verbonden is uit in een smal, vaak extra verstevigd, stukje staal, de arend, dat tegen de steel van de zeis aanligt en door middel van de zeisring daaraan wordt vastgemaakt. Aan het uiteinde is de arend voorzien van een nokje dat in een gat in de steel wordt gestoken of geslagen; soms zijn er twee dergelijke nokjes (vergelijk het woordtype dobbelang). Voor de hoek die de arend met het zeisblad maakt, en het belang hiervan voor een goede "voering" van de zeis, zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. Zie afbeelding 5, nummer 1. [N 18, 68a; JG 1a, 1b; A 4, 28c; A 14, 1; L 20, 28c; L 45, 1; monogr.] I-3
armband armband: ermband (Zolder) armband (Fr> bracelet) [ZND 32 (1939)] III-1-3
arme mens arme mens: nən ɛrmə mins (Zolder) een arme mens [ZND 32 (1939)] III-3-1
armkogel voorste van een armsgat: vørstǝ van ǝn ɛrǝms˲gã.t (Zolder) De ronding in de armsgatuitsnijding. [N 59, 101b] II-7
armoede armoede: ɛrmoi (Zolder) armoede [ZND 32 (1939)] III-3-1
armsgatuitsnijding armsgat: ɛrǝms˲gã.t (Zolder), armuitsnijding: ɛrmø̜jtsnęjeŋ (Zolder) De uitsnijding voor de mouw bij het colbert. [N 59, 101a] II-7
as as: asch (Zolder) as [ZND 32 (1939)] III-2-3
as, spil van de rol as: as (Zolder) De in dit lemma verenigde termen betreffen ofwel (elk van) de twee, als as fungerende pinnen in de uiteinden van de houten rol, ofwel de as van de ijzeren paarderol. [JG 1a; JG 1b add.; N 11A, 184e; monogr.] I-2
asarm asspits: asspets (Zolder) Elk van de uiteinden van de as die door de naven steken. Een asarm is steeds van metaal. [N 17, 53; N G, 48d; monogr] I-13