e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q166p plaats=Vechmaal

Overzicht

Gevonden: 1244
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wit van het ei wit: wit (Vechmaal) [JG 1b, 1c; monogr.] I-12
witte kool witte kabuis: witte kabaos (Vechmaal), witə kəbōͅ.əs (Vechmaal) [Goossens 1b (1960)] [Lk 05 (1953)] I-7
witte kwikstaart kwikstaart: kwikstat (Vechmaal, ... ) kwikstaart [ZND 01 (1922)], [ZND 29 (1938)] || kwikstaart, wit (Motacilla alba alba L.) [Lk 04 (1953)] III-4-1
witte waterlelie waterlelie: -  wetterlelie (Vechmaal) witte waterlelie [DC 49a (1974)] III-4-3
woensdagx goensdag: gunsdoͅx (Vechmaal) woensdag [ZND 10 (1925)] III-4-4
woord woord: wuot (Vechmaal) woord [RND] III-3-1
wormstekig gestoken: gestaoken (Vechmaal) wormstekig, gezegd ve appel [Lk 01 (1953)] III-2-3
worteltje hofpoten: huoͅ.gpoͅu̯tə (Vechmaal) Fijne variëteit tuinwortelen [Goossens 1b (1960)] I-7
wreef striksel: striksel (Vechmaal) de wreef (het gedeelte waar het voorste van het been in de voet overgaat) [ZND 29 (1938)] III-1-1
wroeten wroelen: vrø ̝u̯lǝ (Vechmaal) Met de snuit in de grond wroeten, gezegd van het varken. Zie afbeelding 3. [JG 1a, 1b, 2c; L monogr.; Wi 56; S 45; monogr.] I-12