e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L428p plaats=Born

Overzicht

Gevonden: 2920
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bijenvolk bijenvolk: bi-jǝvǫlk (Born) Bijenkolonie of bijenstaat. Een bij, zowel de koningin als de werkbij als de dar, leeft uitsluitend in en voor een gemeenschap, ook wel het bijenvolk genoemd. Het aantal volwassen bijen dat een volk uitmaakt, schommelt tussen 20.000 en 80.000. Hierbij zijn de jonge bijen niet inbegrepen. [N 63, 29e; Ge 37, 6; monogr.] II-6
bijleggen bijleggen: bieleGe (Born), goedmaken: goodmaken (Born) een ruzie, een onenigheid bijleggen of oplossen [schavelen] [N 85 (1981)] || Extra geld in de pot doen [lappen, bijleggen]. [N 88 (1982)] III-3-1, III-3-2
bijweg bijweg: bieweig (Born) een weg die niet de hoofdverbinding vormt (bijweg, remel) [N 90 (1982)] III-3-1
bijwerken van het paardehaar afsnirken: āfšnirkǝ (Born) Het paardehaar van de binnenvulling aan de kanten en uiteinden verwijderen of fatsoeneren. [N 59, 185] II-7
biljet van tien gulden tientje: ein tientje (Born) 10 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1
billijk schappelijk: schappelik (Born) redelijk, gezegd van de prijs voor een artikel [schappelijk, billijk, civiel] [N 89 (1982)] III-3-1
binnensmonds praten mommelen: meumelen (Born) binnensmonds praten [prevelen, pruttelen, murmelen, rullen] [N 87 (1981)] III-3-1
binnenstebuiten links: links (Born) binnenste buiten, gezegd van een kledingstuk [krang(s), averechts, auws] [N 86 (1981)] III-1-3
binnenvoering lijnen: linǝ (Born), prengel: pręŋǝl (Born), stoom: stǫwm (Born) Voeringstof die steun en vormvastheid geeft aan bepaalde plaatsen en onderdelen van een kledingstuk. Er zijn verschillende soorten binnenvoering. Zo is stoom een gaas dat sterk gepapt is, in katoen of rayon (Meima I, pag. 209). Dit dient voor tussenvoering in vesten en de onderkant van mouwen. [N 59, 36; N 59, 39; N 59, 133] II-7
binnenzak binnentas: ?  binnetesj (Born) een binnenzak met ruimte tussen de zak en het pand (monikazak?) [N 59 (1973)] III-1-3