e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bakblik bak: bak (Hout-Blerick, ... ), bɛkj (Amstenrade), %%meervoud%%  bɛk (Ulestraten, ... ), bakblik: bakblik (Gronsveld, ... ), bakplaat: bakplāt (Blerick, ... ), %%meervoud%%  bakplātǝ (Susteren), bakvorm: bakvorm (Posterholt), blik: blek (Brunssum, ... ), %%meervoud%%  blikken (Obbicht), blikken plaat: blikken plaat (Heerlen), broodbak: brudbak (Maastricht), bruǝtbak (Panningen), brūǝtbɛk (Arcen), %%meervoud%%  brutbɛk (Eijsden), broodblik: brūtblɛk (Brunssum), %%meervoud%%  bruǝtblekǝ (Voerendaal), broodbus: brutbøs (Rumpen), brwodbø̜s (Rothem), brǫadbøs (Beek), broodsbus: brutsbøs (Gulpen), broodvorm: brūtvorm (Noorbeek), bus: bus (Heugem, ... ), deegkleedje: dęjxklętjǝ (Sittard), koekplaat: kuwkplowǝt (Lommel), mikbak: mekbak (Meijel), mikkebak: megǝbak (Venlo), mekǝbak (Heythuysen, ... ), %%meervoud%%  mekǝbɛk (Neeritter), mikkeplaat: mekǝplāt (Bocholt), plaat: plaat (Geleen, ... ), platen (Obbicht), plǫtǝ (Munsterbilzen), plǭt (Genk), %%meervoud%%  plātǝ (Melick, ... ), plaatstalen bak: plaatstalen bak (Herten), vlaaiplaat: vlājplǭt (Cadier), vorm: vorm (Herten, ... ), wegbak: węqbak (Helden), wegbus: wękbøs (Ottersum), weggebak: węqǝmbak (Tegelen), %%meervoud%%  weqǝbɛk (Panningen, ... ), weggebus: wękǝbøs (Eys), weggeplaat: wękǝplāt (Eys), %%meervoud%%  węgǝplātǝ (Kaalheide), wegplaat: wękplāt (Koningsbosch) De metalen vorm, een blik of bus, waarin de bakker het deeg laat narijzen voordat hij het in de oven plaatst. Vaak wordt het deeg op een plaat gelegd met soms die beperking dat het dan om het bereiden van witbrood gaat (Q 82) of om het maken van vla, beschuit of broodjes (Q 191, 204 en L 291). Vroeger moet men het deeg, vooral van roggebrood, ook wel op de stenen van de ovenvloer geplaatst hebben (in L 289b en L 291). In Q 204 plaatst men het opgemaakte deeg ook wel op vierkante stukken karton. Volgens Schoep (blz. 100) wordt het gevormde brood na het opmaken hetzij in bussen hetzij tussen kleedjes gelegd. Zo wordt het woordtype "deegkleedje" in dit lemma verklaarbaar. [N 29, 37; monogr.] II-1