e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bakplaat bakplaat: bakplaat (Beek, ... ), bakplaten (Obbicht), bakploͅu̯ət (Lommel), bakplāt (Rekem, ... ), bakplǭt (Kwaadmechelen, ... ), %%meervoud%%  bakplātǝ (Bleijerheide, ... ), blik: blɛk (Meijel), bodem: bujǝm (Maaseik), broodplaat: bruǝtplāt (Tegelen), broodplank: brūtplaŋk (Cadier), fond: foŋ (Mal), (Bevingen), knapkoekplaat: %%meervoud%%  knapkō.kplātǝ (Melick), mikplaat: mekplǭt (Houthalen), ovenplaat: hǫvǝplǭt (Melveren), ōvǝplāt (Helden), plaat: plaat (Bleijerheide, ... ), plāt (Bocholt, ... ), plǭt (Gronsveld, ... ), plǭwǝd (Neerpelt), %%meervoud%%  platen (Maasbracht, ... ), uittrekoven: ūttrɛkōvǝ (Rothem), wegplaat: wękplāt (Geleen) Een groot metalen blad waarop het brood in de oven gebakken wordt. De opgegeven woordtypen "bakruimte", "plak", "vloer", "ondervloer" duiden op de plaats waar gebakken wordt. Ze zijn niet in dit lemma opgenomen. [N 29, 46] || plaatijzeren vorm waarin deeg gebakken wordt II-1, III-2-1