e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
draaiorgel buikorgeltje: bukøͅrgəlkə (Klimmen), draagorgeltje: drāgøͅlgərkə (Blerick), draaienorgel: `driənørəjəl (Gemmenich), drienorgel (Gulpen), drieënorgel (Bocholtz, ... ), drieënórjel (Kerkrade), draaiorgel: drae-érgel (Bilzen, ... ), drae.iɛrgəl (Meeuwen), drāxøͅrgəl (Eksel), drei-olleger (Venlo), dreͅijøͅrgəl (Tienray), NB örgelkriëmer: man met draaiorgel.  drejölger (Boorsem), Ss. sub orgel.  drejölleger (Maastricht), drejörregel (Maastricht), lier: lier (Brunssum, ... ), līr (Nieuwenhagen), loela: Vandaar ook: moderne lawaaidoos.  loela (Geistingen), niedenotnot: Klanknabootsing.  nie(.)denotnot (Gennep), orgel: orgel (Jeuk), órgel (Posterholt), ölleger (Maastricht), örregel (Maastricht), Enen orgelskramer is ene man die rondgaat met een orgelke.  øͅrgəl (Meeswijk), orgeltje: urgelke (Nieuwstadt), ørgəlkə (Vlodrop), øͅrgəlkə (Doenrade, ... ), rugorgel: røͅGoͅləgər (Venlo), tetteletet: wordt op de buik gedragen  tētələtēt (Roermond) [Muziek/zang]: Draaiorgel. || de muziek die te horen is op kermissen [spel] [N 112 (2006)] || De muziek die te horen is op kermissen [spel]. [N 90 (1982)] || Draaiorgel. || Drienörejel: Drehorgel. || Een draaiorgel dat op de rug gedragen wordt [lier]. [N 90 (1982)] || iemand die een draaiorgel bespeelt [orgeldraaier, liereman] [N 112 (2006)] || Orgel: 2. Draaiorgel. || Orgel: b) draaiorgel. || Soort muziekkast, draaiorgel. III-3-2