e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
schepel graanschep:   šipǝl (Gronsveld  [(zelden)]  ), graanschop, schepschop:   šipǝl (Gronsveld  [(zelden)]  ), šēpǝl (Swalmen), haverkorfje:   šē.pǝl (Swalmen), herdersschopje:   šēpǝl (Puth), metalen scheplepel:   šiǝpǝl (Tegelen), meuken, maat van 125 liter:   sjepel (Schimmert), schepel, maat van 100 liter:   schepel (Montfort), sjeepel (Thorn), sjepel (Schimmert), sjīepel (Oirsbeek), (= schep voor meel).  sjīēpel (As), 1 vingerhood = ± 0,01 lieter 1 mäötje = ± 0,10 lieter 1 sjöpke = ± 0,25 lieter 1 pint = ± 0,60 lieter 1 beksjke = ± 1/4 pint 1 hèjfke = ± 1/2 kan 1 kan = ± 1,40 lieter 1 anker = ± 30 kan 1 aam = ± 4 anker 1 iëker = ± 8 kan sjtök = oude wijnmaat van ? vaan = oude biermaat van ? tien = oude kolenmaat van 1/2 hectoliter of 2 kuipen okshoof = oude wijnmaat van ? Alle vorengenoemde maten en gewichten zijn in onbruik. De woorden zijn alleen nog bij ouderen bekend.  schepel (Klimmen), vierdel, maat van 125 gram of kwart pond: #NAME?  skepel (Jeuk), voerschep:   šiǝpǝl (Tegelen) I-11, I-12, I-4, III-4-4