e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L282p plaats=Achel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jeugd, jongelieden jonge gasten: jong gaasten (Achel), jongemannen: jongmannen (Achel) jeugd, dat is goed voor de jeugd (de jonge lieden) [ZND 36 (1941)] III-2-2
jeuken jeuken: j"kə (Achel), jøkən (Achel) jeuken, het begint te jeuken [öksele, euke, juike, juuke] [N 10 (1961)] III-1-2
jezuïet jezuet: zjezwiet (Achel) Een Jezuiet [Jozefiet, Zjezwiet]. [N 96D (1989)] III-3-3
jong dat pas kan vliegen vlug: vløch (Achel) Vlug jong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong dat pluimen begint te krijgen duivelshaar: dy.vəlshōr (Achel), stoppelen: mèt stò.pələ (Achel) Jong dat begint pluimen te krijgen. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong en kaal vogeltje adj. paddernaakt: poejernaksen (Achel) jonge vogel die nog niet kan vliegen [ZND 36 (1941)] III-4-1
jong van een rund kalf: kalf (Achel) [N 3A, 4] I-11
jong varken bag: bax (Achel), báx (Achel), bagje: baxskǝn (Achel), speenvarken: spęi̯ǝnvɛrkǝn (Achel) Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.] I-12
jonge geit geitje: gętjǝ (Achel) [N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.] I-12
jonge kip pul: pøl (Achel) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12