e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L282p plaats=Achel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pap pap: Syst. Frings  pap (Achel) Pap, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
papier papier: papier verfrommelen (Achel) papier frommelen, verfrommelen [ZND 35 (1941)] III-3-1
paradijs paradijs: paradijs (Achel) Het Paradijs [et paredies]. [N 96D (1989)] III-3-3
paraplu paraplu: ne parrepluj (Achel), nə parapluj (Achel), parapluj (Achel), peͅrəply (Achel) paraplu [N 23 (1964)], [ZND 40 (1942)] III-1-3
parel parel: parel (Achel) Parel. Sieraad van de pareloester of –mossel met hoge waarde [parel, paarlemoer] [N 114 (2002)] III-1-3
paren van de duiven paren: pō.rə (Achel) Paren [van de duiven]. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
parfum parfum: parfum (Achel), reuk: reuk (Achel) Parfum. Reukstof in geconcentreerde vorm [parfum, odeur, reuksel] [N 114 (2002)] III-1-3
parochie parochie: parochie (Achel), `1) dorp 2) kerkel. gemeente`  `n parochie (Achel), `gemeente met pastoor`  `n parochie (Achel) Een parochie. [N 96D (1989)] || Een parochie; dit woord kan betekenen zoals in het Nederl. "kerkelijke gemeente met een pastoor"ofwel eenvoudig "dorp"; welke betekenis heeft het bij u? [ZND 40 (1942)] III-3-3
pas uit het ei gekomen kipje kuiken: kyi̯kǝn (Achel) [N 19, 40b] I-12
pasen pasen: poaschen velt loat (Achel), powsen (Achel) Paschen valt laat. [ZND 34 (1940)] || Pasen [Paoësje, Oeëster]. [N 96C (1989)] III-3-3