24366 |
kwabaal en puitaal |
kwabaal:
kwabaal (Q102p Amby)
|
puitaal (kwabaal) [SGV (1914)]
III-4-2
|
24341 |
kwaken |
kwaken:
kwake (Q102p Amby)
|
Hoe noemt u een kwakend geluid maken, gezegd van kikkers (kwaken) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
18156 |
kwakzalver |
kwakzalver:
kwakzalver (Q102p Amby)
|
Kwakzalver: iemand die onbevoegd de geneeskunde beoefent en vaak nutteloze dingen, middelen tegen alle mogelijke ziektes verkoopt (charlatan, plak, polak, kwakkelaar, waterziender, pisdokter, kwakzalver). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
24201 |
kwartel |
kwartel:
kwattel (Q102p Amby, ...
Q102p Amby)
|
kwartel [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)]
III-4-1
|
24880 |
kweek |
kweek:
kwēk (Q102p Amby),
-
kweek (Q102p Amby)
|
Elymus repens (L.) Gould Zeer algemeen voorkomend hardnekkig onkruid op gras- en bouwland en op akkerranden, dat er grasachtig uitziet met een rechtopstaande aar en donker- tot grijsgroen blad. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 30 tot 120 cm. Het is een lastig kruipend onkruid met veel onderaardse wortelstokken, die wel als veevoeder gebruikt worden. De boer verwijdert het met de eg uit de akker. Deze plant is ook wel bekend onder de oude naam kweekgras of tarwegras (Triticum repens L.). Zie in verband met de vele puin-opgaven de speciale bibliografie onder Goossens 1985; 1987 en 1988, 109-126. [N 11, 71; JG 1a, 1b, 2c; A 27, 24b; A 28, 10; A 29, 6 en 9; A 33, 17; L 34, 52; L 48, 18; Lu 2, 18; Lu 4, 9; S 20; monogr.; add. uit N 11, 70, 72, 80a en 88] || kweek (Agropyrum repens) [DC 26 (1954)]
I-5, III-4-3
|
33552 |
kweepeer |
kwee:
kwēͅ (Q102p Amby),
kwèè (Q102p Amby)
|
kwee [SGV (1914)] || kweepeer [SGV (1914)]
I-7
|
21344 |
kwellen |
pesten:
peste (Q102p Amby),
plagen:
plaoge (Q102p Amby, ...
Q102p Amby)
|
kwellen [SGV (1914)] || lichamelijk of geestelijk leed veroorzaken [plagen, kwellen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
21788 |
kwelling/pesterij |
plaag:
plaoch (Q102p Amby),
temptatie (<fr.):
temtatie (Q102p Amby)
|
het kwellen [plaag, temptatie] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
19105 |
kwezel |
kwezel:
kwe:zel (Q102p Amby)
|
Kwezel. [ZND 01 (1922)]
III-3-3
|
17692 |
kwijl |
zever:
zeiver (Q102p Amby)
|
Kwijl: uit de mond lopend speeksel (zever, kwijl). [N 84 (1981)]
III-1-1
|