21479 |
punaise |
punaise (fr.):
penais (Q102p Amby)
|
een klein metalen stiftje met grote platte kop voor het vastzetten van tekeningen etc. [tetske, punaise] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25014 |
punt, stip |
punt:
peunt (Q102p Amby),
punt (Q102p Amby)
|
een zeer klein rond teken, een punt [stip, tikske] [N 91 (1982)] || punt [SGV (1914)]
III-4-4
|
25038 |
purper, paarsrood |
mauve:
mauf (Q102p Amby)
|
de kleur paarsrood [purper, pilper] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
19079 |
raad |
raad:
road (Q102p Amby)
|
raad [SGV (1914)]
III-1-4
|
22726 |
raadsel(tje) |
raadsel(tje):
e raodsel (Q102p Amby),
e reutselke (Q102p Amby)
|
Een raadsel. [ZND 06 (1924)]
III-3-2
|
27904 |
raam |
venster:
venstǝr (Q102p Amby)
|
Zie kaart. Een van glas voorziene opening waardoor het buitenlicht naar binnen valt. In het onderzoeksgebied worden de woorden 'venster' en 'raam' ook wel gebruikt voor de houten of metalen omlijsting waarin de vensterruit wordt geplaatst. In het Standaardnederlands zijn de woorden 'raam', 'venster' en 'glas' onzijdig, in de meeste Limburgse dialecten echter vrouwelijk. Wanneer door de invullers nadrukkelijk een vrouwelijk genus werd opgegeven, is achter de betreffende plaatscode een (+) opgenomen. [N 55, 37; RND 49; A 46, 10a; L mon.; monogr.; Vld.]
II-9
|
33575 |
raapstelen |
raapstelen:
raapschtele (Q102p Amby)
|
De jonge gesteelde bladeren van de kleine witte meiraap die in het voorjaar als groente gegeten worden; raapstelen (kelen, rieten, steeltjes). [N 82 (1981)]
I-7
|
19057 |
raar, vreemd |
raar:
raor (Q102p Amby),
vreemd:
dè is hie vreimp (Q102p Amby),
vreim (Q102p Amby),
vrèèm (Q102p Amby)
|
01; vreemd [SGV (1914)] || Die is hier vreemd. [ZND 08 (1925)] || raar [DC 02 (1932)] || vreemd: Hoe luidt in uw dialect het woord - [DC 19 (1951)]
III-1-4
|
28447 |
raat |
graat:
groǝt (Q102p Amby),
raat:
raat (Q102p Amby),
rǭt (Q102p Amby)
|
Een raat is een schijf gevormd door twee lagen met de rug tegen elkaar liggende zeszijdige cellen. Ze wordt door de bijen gemaakt voor het opkweken van de larven en voor het opbergen van honing in de winter. Het bouwsel is van was. [N 63, 13a; L 1a-m; S 3; A 25, 10; JG 1a+1b; JG 2b-5, 3; Ge 37, 53; monogr.]
II-6
|
19224 |
raden |
raden:
kinste dat raoje (Q102p Amby),
roajen (Q102p Amby)
|
Kunt ge dat raden? [ZND 06 (1924)] || raden (ww.) [SGV (1914)]
III-1-4
|